De kunstwerken in het Waterloopbos

Artikel delen

Diep verscholen in het bos bij Kraggenburg – het oudste bos van Flevoland – liggen opmerkelijke proefmodellen voor diverse waterbouwkundige werken over de hele wereld. Zowel voor de haven van Bangkok, maar ook voor de Rotterdamse Willemstunnel en de Deltawerken. Sinds 2015 is het Waterloopbos Rijksmonument.
 

De enorme betonnen goot – met achterin de golfmachine – in de Hal waar de Deltawerken getest zijn.

Met Open Monumentendag begin september was een bijzonder onderdeel van het Waterloopbos eenmalig te bekijken: de Deltahal. In deze indrukwekkende hal werden de Deltawerken getest, een icoon van Nederland op waterbouwkundig gebied. Op deze plek zijn onze Deltawerken getest. In de jaren zeventig is voor de bouw van de Stormvloedkering in de Oosterschelde deze 200 meter lange onderzoeksgoot gebouwd in het Waterloopbos. Aan één zijde van de goot bevindt zich een grote golvenmachine. Later dit jaar wordt de hal omgevormd tot een groots Deltamonument.
 

De in totaal zo’n half miljoen betontegels van ruim vijftig jaar oud zorgden voor een betere waterafvoer tijdens de proeven.

 

Uniek: het Waterloopbos

Rijksmonument Waterloopbos is het voormalig Waterloopkundig Laboratorium. De eerste directeur was ir. J. Th. Thijsse, de zoon van Natuurmonumenten-oprichter Jac. P. Thijsse. Van 1951 tot 1996 bouwden ingenieurs er meer dan 200 schaalmodellen na van waterloopkundige werken. Zo liggen in het bos de havens van IJmuiden en van Lagos in Nigeria. Maar ook van de Libische oliehaven, de Deens Noordzeekust en het Noordzeekanaal. In het Waterloopbos is hard gewerkt aan de wederopbouw van Nederland. Ook heeft Nederland zijn wereldwijde faam op het gebied van waterloopkundig onderzoek mede te danken aan alle onderzoeken die hier plaatsvonden. Van tientallen modellen zijn restanten bewaard gebleven en nu nog zichtbaar in het bos.
Het Waterloopbos biedt een uniek stuk Nederlandse waterstaatkundige geschiedenis. Sinds 1927 onderzocht het Waterloopkundig Laboratorium te Delft waterstaatkundige werken met behulp van schaalmodellen. Met deze modellen bootste men de effecten van eb, vloed en golfwerking na. Na de Tweede Wereldoorlog werden de projecten, en dus ook de modellen, steeds groter. Het laboratorium ging daarom op zoek naar een locatie waar grote modellen in de open lucht konden worden gebouwd en kwam daarbij in de Noordoostpolder terecht. De ruimte, beschutting door het Voorsterbos en relatief weinig wind maakten deze plek ideaal.
De komst van de computer maakt het gebruik van modellen steeds meer overbodig. De schaalmodellen in het bos raakten overwoekerd. Toen Natuurmonumenten het bos overgedragen kreeg, waren veel objecten niet meer herkenbaar. Met veel inspanning zijn enkele modellen opgeknapt en vrijgemaakt van begroeiing. Andere modellen liggen als oude tempelruïnes overwoekerd in het dichte groen. Het maakt een wandeling door het Waterloopbos tot een ware ontdekkingstocht.
 

Golfmachines werden vaak gebruikt bij proeven. Het Waterloopkundig Laboratorium beschikte over wel 40 exemplaren. Het golfschot voor de machine kon heen en weer bewegen, maar kon ook roteren waardoor een ander soort golf ontstond.

 

Half miljoen betontegels

Naar schatting liggen er in het bos zo’n half miljoen betontegels, ruim vijftig jaar oud. En die liggen er niet zomaar. De tegels werden geplaatst om het water beter te kunnen afvoeren tijdens de proeven. Op informatieborden geven jaren ’50-foto’s uit het archief van Abe Hoekstra, oud-medewerker van het Waterloopkundig Laboratorium aan hoe de situatie er vroeger uitzag. Ook de betontegels waren in de loop der tijd overwoekerd, maar vrijwilligers van Natuurmonumenten maakten een deel schoon. En ook bij andere schaalmodellen zorgen vrijwilligers er voor dat stukje bij beetje de bijzondere historie van het rijksmonument Waterloopbos beter zichtbaar wordt.
 

Ingenieur Romijn ontwikkelde een stuw waarmee exact de toevoer van water geregeld kon worden.

 

Speciale routes

Door het bos lopen enkele speciale routes langs diverse schaalmodellen, de meeste voorzien van uitgebreide informatieborden. Zo is er bijvoorbeeld de Havenroute, 3,4 kilometer lang, die onder meer langs de restanten van modellen voor de Rotterdamse Willemstunnel en Maasvlakte leiden. En in het Waterloopbos werd niet alleen onderzoek gedaan naar specifieke situaties voor havens, maar er werd ook fundamenteel onderzoek uitgevoerd. Zo werd bijvoorbeeld kennis verkregen over de stabiliteit van dammen. Daarnaast is er de Golvenroute die om de eerder genoemde Deltahal loopt. Bovendien zijn er enkele rolstoelpaden.
Startpunt voor alle routes is het bezoekerscentrum Waterloopbos, Voorsterweg 36, 8316 PT Marknesse. Openingstijden: woensdag, vrijdag en zaterdag van 13.30 tot 16.30 uur, zondag van 11.00 tot 16.30 uur, schoolvakanties van regio Noord (voorjaars-, mei- en kerstvakantie) dinsdag t/m zondag van 13.30 tot 16.30 uur. De routes zijn vrij te lopen, tussen zonsopgang en zonsondergang.

Meer informatie: www.natuurmonumenten.nl/natuurgebied/waterloopbos