Uurloon zelf bepalen
J.E.L. de Rechteren van Hemert
Multi Consultants
www.multiconsultants.nl
Door de soort werkzaamheden, samenstelling van het bedrijf en hoogte van de bedrijfskosten is voor elk bedrijf het uurloon min of meer verschillend. Wilt u dat uurloon uit marketingoogpunt vergelijken met dat van collega”s, wees dan op uw hoede. Zomaar vergelijken is onverstandig, want u weet natuurlijk nooit precies wat die ander in zijn loonkosten heeft opgenomen. En voor dat u gaat vergelijken is het beter, om eerst eens rustig op basis van eigen gegevens het werkelijke uurloon binnen uw eigen bedrijf te bepalen. Dit artikel gaat over de opbouw van het uurloon, met name van de directeur/eigenaar.
Bij het bepalen van uw uurloon is goede raad een keertje niet duur: begin niet te laag, want straks kunt u maar moeilijk omhoog. Natuurlijk kunt u het afleiden van wat andere bedrijven in uw omgeving bij opdrachtgevers in rekening brengen. Dat heeft een groot nadeel: u weet dan nog altijd niet of dit uurloon kostendekkend is of dat u er aan tekort gaat komen. Daarom is het beter om zelf eerst wat rekenwerk te doen.
Vaststellen uurloon
Uw eigen uurloon of dat van specifieke medewerkers binnen uw bedrijf is in wezen vrij simpel te bepalen: gewoon alle kosten optellen en delen door het aantal uren dat er is gewerkt. Inderdaad, zult u zeggen, maar welke kosten moet ik dan precies bij elkaar optellen? Er zijn namelijk verschillende kostensoorten, die grofweg uiteenvallen in persoonsgebonden en bedrijfsgebonden kosten.
Bij het vaststellen van het aantal gewerkte uren kunt u gebruik maken van de overzichten die uw medewerkers als het goed is maken. Bijvoorbeeld van het aantal gewerkte uren per project dat aan de klant in rekening moet worden gebracht. Het bepalen van uw eigen kosten blijkt minder gemakkelijk, want ze zijn diffuser en vaak over een veelheid aan kleine dagelijkse momenten en activiteiten verdeeld. Toch zult u daarvan een redelijke inschatting moeten maken, bijvoorbeeld per week. Door elk gewerkt uur aan een activiteit toe te rekenen, krijgt u meteen een goed beeld van uw eigen productiviteit.
Eigen kosten
Het leven is duur, maar zo duurâ?¦.! Om uw eigen uurloon te bepalen zult u rekening moeten houden met verschillende kostensoorten. Daarbij vallen we maar meteen met de deur in huis:
â?¢ Levensonderhoud: eten, drinken, uitgaan (sporten), gas, elektra, water, kleding, schoolgeld, hypotheeklasten of huur van uw woning en niet te vergeten de autokosten (maar niet de bedrijfswagen, want dat zijn bedrijfskosten!).
â?¢ Ziektekosten: verzekeringspremie, tijdverlies bezoek huisarts en tandarts, medicijnen, enzovoort.
â?¢ Pensioenverzekering: u gaat op zeker moment stoppen met werken. Natuurlijk krijgt ook u dan een beetje AOW van de overheid, maar om uw levensstijl voort te zetten is een goede pensioenvoorziening veel aantrekkelijker.
â?¢ Arbeidsongeschiktheidsverzekering: ziek worden kan iedereen overkomen, maar in uw geval heeft het extra nadelen. Want wanneer u een tijdje volledig uit de running bent, blijven uw (hoge) kosten wel gewoon doorlopen. En u had van bedrijfswege al zo’n hekel aan deurwaarders.
â?¢ Sociale premies, vakantiegeld, etc.
Wanneer u al deze kosten optelt, krijgt u op jaarbasis een vrij aardig beeld van de zogenaamde “eigen kosten”. En dan hebben we het nog niet gehad over het forse deel belasting dat u ook nog moet betalen over uw inkomen. Het leven is inderdaad duur, maar zo duurâ?¦â?¦?
Bedrijfskosten
Om zowel voor u zelf, als ook voor uw eventuele werknemers, het gemiddelde uurloon te kunnen berekenen, kijkt u niet alleen naar uw eigen kosten, maar ook naar de algemene bedrijfskosten. Het gaat dan in het bijzonder om kosten zoals:
â?¢ Bedrijfsaansprakelijkheidsverzekering: u bent aansprakelijk voor eventuele schade aan de gebouwen waaraan uw bedrijf werkt.
â?¢ Rechtsbijstandverzekering: als een klant niet wil betalen of er rond een project juridische problemen ontstaan.
â?¢ Opstalverzekering: bij storm- of waterschade aan uw bedrijfspand.
â?¢ Inboedelverzekering: zowel voor de kantoorinventaris als voor de op uw terrein aanwezige gereedschappen en bouwmaterialen.
â?¢ Autoverzekering: voor uw autopark.
â?¢ Kosten van adviseurs en boekhouder.
â?¢ Afschrijvingen: kantoormeubels, computer, kopieermachine, enzovoort.
â?¢ Kosten van inschrijving bij Kamer van Koophandel.
â?¢ Kosten en eventuele afbetalingen van de kredieten die u hebt genomen.
â?¢ De contributie van de verenigingen waarbij u bent aangesloten.
â?¢ Enzovoort: u weet zelf het beste waar al uw (bedrijfs)gelden naar toe gaat. Toch?
Berekening aantal werkuren
Tot slot een voorbeeld om te laten zien hoe u het aantal werkuren kunt bepalen. Daarvoor moeten we enkele aannames doen. We kunnen er ruwweg van uit gaan, dat u jaarlijks toch zeker 48 van de 52 weken aan het werk bent (ook u als baas heeft recht op vakantie!). Bij 50 uur per week is dat 2400 uur per jaar. Binnen die tijd bezoekt u klanten, gaat u lunchen en maakt u wellicht wat calculaties. En ook u moet een keer naar de tandarts of de huisarts, of u ligt een week in bed met een flinke griep. En niet te vergeten: reistijd behoort in zekere mate tot de niet-productieve uren, al wordt er vaak wel een vergoeding voor betaald.
De praktijk leert dat u – maar het geldt ook voor uw werknemers! – gemiddeld zo”n 18 procent aan verloren uren moet wegschrijven. Daardoor kunt u jaarlijks uiteindelijk voor uzelf maar 2400 ” 432 = 1968 uur als echte werktijd in rekening brengen. Voor uw medewerkers, vooropgesteld dat ze 40 uur per week werken, wordt de rekensom dan: 1920 – 326 = 1594 uur.
Uiteraard zult u uw eigen cijfers hierop moeten loslaten. Afhankelijk van de aard van het bedrijf zullen de niet-productieve uren in aantal enigszins verschillen. Goed voorbeeld is de reistijd: het scheelt nogal of u een gespecialiseerd bedrijf hebt dat in het hele land actief is of dat u alleen regionale of zelfs alleen lokale projecten aanneemt.
Meer informatie leest u in BouwTotaal nr. 7/8 2007