Zoutkristallen als uitgangspunt houten overkapping
In Assen lieten Rijkswaterstaat en de provincie Drenthe gezamenlijk een nieuw Wegensteunpunt bouwen. Een aantal bestaande bomen op het terrein werden gebruikt om de houten overkappingen voor het materieel te ondersteunen. De overkapping van de zoutloods steunt op betonnen wanden en kenmerkt zich door een houtconstructie gebaseerd op zoutkristallen, in zes richtingen.
Tekst: Carla Debets; beeld: Boris Zeisser (24H Architecture, Woodteq Houtconstructies, Carla Debets)
Het nieuwe Wegensteunpunt ligt aan de A28 bij Assen en bestaat uit een zoutloods en twee overkappingen voor materieel. Alle bouwdelen zijn zoveel mogelijk aan de randen van de locatie gebouwd om een groot middenterrein te houden om voldoende te kunnen manoeuvreren met de diverse voertuigen.
Zowel de zoutloods als de overkappingen bestaan voor het grootste deel uit beton en hout. Dit zijn volgens architect Boris Zeisser van 24H Architecture ook de meest geschikte materialen voor een ‘zoute omgeving’: ‘Deze materialen kunnen goed weerstand bieden tegen zout. Staal daarentegen zou al snel wegroesten.’
Beton is vooral gebruikt voor de wanden, bij de zoutloods ook voor de tussenwanden. Tegen de betonnen achterwanden van de overkappingen zijn aarden wallen aangelegd. Deels zijn op de overkappingen sedumplanten aangebracht, doorlopend op de taluds.
Houten dak zoutloods
Zowel de zoutloods als de overkappingen zijn ‘open’ gebouwen. De zoutloods hoeft namelijk geen geconditioneerde ruimte te zijn, maar het zout moet wel min of meer droog liggen. Ook de vrije hoogte is belangrijk in verband met de shovels die het zout in de vrachtwagens moeten laden.
De zoutloods bestaat uit twee vakken van 15 meter breed en twee van circa 8 meter breed. Alle vier vakken zijn 25 meter diep. Het grote dak kraagt aan alle kanten wat over en meet 51 bij 32 meter. De houten dakconstructie bestaat uit hoofdliggers die dwars op de betonwanden liggen en die 240 mm breed zijn en in hoogte variëren van 800 tot 1600 mm. De ‘golvende’ liggers doen wat denken aan de bergen zout.
De hoofdliggers zijn met houten V-kolommen op de betonwanden geplaatst, onder meer om de overspanningen te verkleinen. De hoofdliggers die h.o.h. 6 meter liggen, zijn bovendien twee aan twee gekoppeld, zodat met de V-kolommen een soort omgekeerde parapluvormen ontstonden met vier kolommen. Deze V-kolommen zijn rond en hebben afmetingen die variëren van 250 tot 270 mm doorsnede.
De opbouw van de zoutkristallen leidde tot gordingen tussen de hoofdliggers – in hetzelfde vlak – , die kruislings op de hoofdliggers aansluiten onder hoeken van 60 graden. Ook de gordingen variëren in hoogte. Deze variërende hoogtes, zowel van de hoofdliggers als van de gordingen, zijn puur esthetisch; ze hebben geen constructieve functie.
Doordat het dak onder een hoek van 3 graden ligt, de afstanden van de betonwanden variëren én door de golvende hoogtes van de hoofdliggers, zijn alle twaalf houten V-kolomconstructies verschillend. Waar het dak het laagste is (bij de achterwand) liggen de V-kolommen bijna plat in het dakvlak, namelijk met hoeken kleiner dan 15 graden. Gevolg daarvan is dat er van de 317 houten onderdelen 287 verschillend zijn.
Op de houtconstructie zijn grote kruislaaghouten elementen van 3 bij 14 meter aangebracht met daarop EPDM-folie. De 60 mm dikke houten elementen zijn op de houtconstructie verlijmd waardoor één stijve schijf ontstond.
Voor alle houten constructie-onderdelen, behalve de randligger en de buitenrand, is onbehandeld berkenhout toegepast. Dit was mogelijk omdat het hout allemaal beschermd ‘onder dak’ ligt en er voldoende ventilatie is. Voor de randligger en buitenrand is larikshout gekozen omdat deze onderdelen zich meer in weer en wind bevinden. Alle stalen verbindingen zijn voor toepassing in de zoutomgeving thermisch verzinkt.
Échte bomen
Voor de overkappingen van het materieel geldt dat daaronder vooral horizontale bewegingen plaatsvinden en er dus zo min mogelijk ondersteuningen moeten zijn.
Omdat het ‘slechts’ om een overkapping ging, was het mogelijk de bestaande bomen van het terrein – met diameters van rond 20 centimeter – te gebruiken. Deze konden zelfs op grote onderlinge afstanden geplaatst worden, namelijk 16 meter.
De overkappingen voor het materieel zijn van grof naar fijn ontworpen. Basis zijn de dikke betonnen voeten onder de houten kolommen, om te voorkomen dat bij eventuele aanrijding de constructie instort. De bomen daarbovenop staan enigszins onder een hoek en het dak daarboven kraagt uit. Tussen de bomen en de dakconstructie ligt een forse gelamineerde houten ligger van 1100 x 240 mm (h x b). Deze hoofdligger bestaat uit houten plankjes van verschillende diktes die aan de voorzijde verspringen. Hier wordt het hout dus al wat fijner.
Omdat de bomen onder een hoek staan, zijn deze aan de onder- en bovenzijde scharnierend aan de beton- en dakconstructie bevestigd. De liggers zijn berekend op de horizontale krachten. Om kantelen van de hoge liggers te voorkomen zijn geen – zoals gebruikelijk – andreaskruisen toegepast, maar zijn in de verbindingen voldoende stijve platen aangebracht.
Aanvankelijk had architect Boris Zeisser voor de hoofdligger ook nog verschillende houtsoorten willen toepassen, voor nog meer kleur. Maar omdat ook hier onbehandeld hout kon worden toegepast – vanwege het dakoverstek – zou dit toch later allemaal vergrijzen. Daarom is weer berkenhout gebruikt.
Bijzonder is vooral de ‘ontmoeting’ tussen de twee overkappingen, in de hoek van het terrein. Beide gelamineerde hoofdliggers kregen hier een golvend einde, de ene ligger naar boven en de andere naar beneden. Daardoor duikt de ene ligger onder de andere door. Dit leverde vooral in de uitvoeringsfase een spectaculair beeld op omdat de ruimtes nog niet dichtgezet waren en de constructie nog goed zichtbaar was. Nu zijn de golvende liggers alleen nog deels binnen zichtbaar.
Het meeste hout komt uit het buitenland; verschillende onderdelen zijn in Oostenrijk op maat gemaakt. Daarvoor zijn beide dakconstructies geëngineerd, geleverd en gemonteerd door Woodteq Houtconstructies.
Projectgegevens
Opdrachtgevers: Rijkswaterstaat en Provincie Drenthe
Ontwerp: 24H Architecture, Rotterdam
Hoofdconstructeur: Pieters Bouwtechniek, Delft
Aannemer: Geveke Bouw, Groningen
Uitwerking houtconstructies en engineering: Woodteq Houtconstructies, Rijssen, en Constructie Adviesbureau Geuijen, Dinxperlo
Bruto vloeroppervlak: 3300 m2
Bouwtijd: april 2013 – januari 2014
Bouwkosten: circa 3,2 miljoen Euro (excl. BTW)