Van nood naar deugd

Artikel delen

Hoe mooi kan het zijn om met bevlogen mensen te werken die met ambitie en geloof een ideaal nastreven. In deze Slimbouwen editie aandacht voor een mogelijk antwoord op noodhulp en wederopbouw na een ramp (post disaster recovery). Echter met een dusdanige bijzondere aandacht voor ruimtegebruik en duurzaamheid (biobased, circulair, sociale duurzaamheid), dat die ontwikkeling ook wel eens veel inzichten kan opleveren waar we in ons eigen reguliere bouwen profijt van kunnen hebben.

Tekst: Jos Lichtenberg

De discussie rondom de vluchtelingenstroom en de urgentie om huisvesting te regelen lijkt weer wat te verstommen. De instroom is drastisch teruggelopen en daarmee is de nood niet meer zo hoog als die was. U herinnert zich nog het tentenkamp in Nijmegen met de vele protesten van omwonenden. Soms mondde dat uit in opstootjes en rellen, soms brandstichting. En dan de ophef in Oranje, overigens nog regelmatig in het nieuws, zij het eigenlijk om andere redenen. Er kwam veel aanbod om snel units te kunnen bouwen en de rijksbouwmeester daagde uit met een prijsvraag: ‘A home away from Home’.

Tegelijkertijd is de nood in de rest van de wereld natuurlijk nog steeds hoog. Met grote regelmaat voltrekken zich rampen. Een aardbeving, orkaan, tsunami of modderstroom, maar ook zijn er veel politieke wantoestanden, oorlogen en dus politieke vluchtelingen. In het laatste geval worden in buurlanden noodkampen ingericht waar wordt verondersteld dat het om een tijdelijke voorziening zal gaan. Bewoners wachten voornamelijk op het moment dat zij veilig naar huis kunnen terugkeren.

Tenten

Over het herhuisvesten, zeker in geval van een natuurramp, breken NGO’s, zoals het Rode Kruis, zich het hoofd. Vaak wordt de eerste nood gelenigd met tenten. Eigenlijk bij voorbaat geen permanente oplossing. Trouwens ook ver van compleet, want naast onderdak, spelen ook water en riolering in relatie tot volksgezondheid een belangrijke rol, alsmede energie om te koken en voor verlichting. Veiligheid is meestal een serieus issue. Daarnaast vragen centrale voorzieningen voor religie, artsenpost of voedsel distributie om een snelle oplossing. Via een programma speedkits is op de TUe met enkele enthousiaste medewerkers en in samenwerking met het Rode Kruis en andere Europese kennisinstellingen en bedrijven, enkele jaren gewerkt aan de ontwikkeling van voorzieningen als een community shelter en een watertoren. Prototypes van beide zijn hier en in Afrika gerealiseerd.

Transitional sheltering

De vraag is of er nu geen alternatief voor de bekende Rode Kruis tent is te bedenken. Transitional sheltering heet dat. Een tent is natuurlijk zeer snel ter plekke en ook opgebouwd. Maar met iets meer beleid zou je ook kunnen denken aan een bouwkundige voorziening met een langere levensduur. Een tent moet je na een jaar of zo afschrijven, maar een voorziening die bestaat uit componenten die ook bij de wederopbouw en doorgroei een rol kunnen spelen, hebben meer toekomstwaarde. Bijvoorbeeld door het uitbouwen van een solide basis of demonteren en elders weer opbouwen. Eigenlijk iets wat wij circulair bouwen zouden noemen. En waarom zouden wij met een uitdaging bij noodvoorzieningen niet zelf iets mogen leren om vervolgens daarvan afgeleide technologie ook in ons eigen bouwen te verwerken?

Mobaco-a

Een inzending met eervolle vermelding bij de bovengenoemde prijsvraag ‘A Home away from Home’, was het project ‘Mobaco-a’, een initiatief van Michiel Haas (Nibe), Pim Peters (IMD), Boudewijn Piscaer (Sustcon), Jack van der Palen en Isabel Friederichs (beiden ArchiView). Dit project raakt in sterke mate eerdervermelde uitdagingen en heeft veel slimmigheden in zich. De basis bestaat uit een constructief skelet van aluminium. Dit is het enige niet circulaire of biobased onderdeel. Althans vooralsnog; want er wordt gekeken naar biobased alternatieven. Wellicht pas voor een tweede prototype.

Het dak bestaat uit een uitvouwbare constructie, zoals je dat ook op beurzen ziet waar bedrijven in een handomdraai een lichte wand construeren. Daaroverheen een dakplaat of zeil voor de waterdichting en waarbij het water met een afvoersysteem in een reservoir kan worden verzameld.

En daaronder kan alles worden ingevuld. Kastenwanden die naast bergruimte ook voor privacy zorgen of gevelinvullingen met lokale (afval) materialen, zoals gebruikte autobanden, geperst organisch materiaal, sloophout, lokaal uit afval geperste panelen, adobe invullingen of bamboe. Zolang het maar zelfdragend is en stijf genoeg om windbelastingen naar het frame over te kunnen brengen.

Lokale economie

In feite kan de vraag naar bijvoorbeeld panelen uit gerecycled materiaal of biomaterialen leiden tot het oprichten van kleine productie eenheden, waarmee ook de economie weer een impuls krijgt. De invulling kan prima als zelfwerkzaamheid door de lokale bewoners worden gedaan. En ook dat is goed voor de wederopbouw in economische zin. De bezigheid op zich is natuurlijk al veel beter dan algehele verveling. Dat is trouwens een veelgehoorde ervaring van hulporganisaties.

Frame

Een frame biedt dus een basis voor organisatie en veiligheid en biedt tegelijkertijd heel veel ruimte voor invullingen en mutaties. Want ook als er later buitenom wordt aangebouwd kan het frame nog steeds voor de noodzakelijke stijfheid zorgen en daarmee een stabiele basis leveren voor meer zekerheid bij een volgende orkaan of aardbeving. De modules van 3 x 3 meter zijn schakelbaar zodat er woongemeenschappen kunnen ontstaan. Modules die weer bouwsteen zijn voor de stedelijke ruimte.

Interieur

Ook het interieur is slim bedacht. Een aantal verrijdbare kasten dient als berging, maar ook als scheiding. Het verrijdbare is functioneel om op een klein oppervlak in een handomdraai zowel een dag- als nachtsituatie te kunnen creëren. In de kasten zijn een bed, stoelen en tafel als kastelement opgenomen. Overdag is het bed ingeklapt of kan het als bank dienstdoen en kunnen stoelen en tafel uit de kast worden genomen en geplaatst. ’s Avonds gebeurt het omgekeerde en vraagt het bed weer om een plek.

MVO

Mobaco-a is een doordacht idee. Een groep enthousiaste en ambitieuze mensen heeft het aan papier toevertrouwd en er is een schaalmodel gemaakt. Verder zijn er concrete plannen om een eerste module full scale te realiseren. De gedachten om het geheel biobased te realiseren, met een gering gewicht en herbruikbaar, bijvoorbeeld als tuinhuis of als module in een loft, zijn allemaal kansen die ook buiten de vluchtelingenhulp om, zeer zinvolle toepassingen kunnen opleveren. Aldus kan een dergelijke ontwikkeling ook in de Nederlandse of Europese situatie model staan voor nieuwe bouwtechniek op weg naar een circulaire economie. In die zin is het een soort MVO in het kwadraat. Het helpt mensen, maar het zet ook onze eigen wereld op een duurzaam spoor. Het project kan nog wel een impuls gebruiken van een bedrijf met het hart op de goede plek. Dus wie weet dat dit artikel helpt om de volgende stap te versnellen. Mobaco-a verdient dat.

Jos Lichtenberg is emeritus Hoogleraar Productontwikkeling. Hij richt zich onder andere via Off Road Innovations (www.offroadinnovations.nl) op het helpen van bedrijven en opdrachtgevers die innovatie overwegen en daarin tegen knelpunten aanlopen. Tevens is hij voorzitter van de stichting Slimbouwen.