Snel verdiend

Ondernemen
Artikel delen

Snel Verdiend: wet DBA: gerustgesteld?

De onzekerheid over de gevolgen van de Wet DBA noodzaakte staatssecretaris Wiebes de handhaving tot in ieder geval 1 januari 2018 op te schorten. Daarnaast moest Wiebes de ongerust geworden praktijk geruststellen door te schrijven dat zzp’ers en opdrachtgevers niet bang hoeven te zijn voor eventuele boetes en naheffingen. Maar nu blijkt de door Wiebes gegeven geruststelling mogelijk toch iets minder waard dan gedacht.

Tekst: Mr. Frank Kerkhof RB
Alfa Accountants en Adviseurs te Bennekom
fkerkhof@alfa.nl

De Wet DBA regelde per mei 2016 de afschaffing van de Verklaring Arbeidsrelatie (VAR). Daarmee viel ook de ‘zekerheid’ weg die de VAR opdrachtgevers en zzp’ers tot dat moment bood over de status van hun arbeidsverhouding. Beide partijen moesten aan de slag om te beoordelen of de opdrachtnemer een echte zzp’er is of eigenlijk toch als werknemer beschouwd moet worden. De onrust die hier het gevolg van was heeft uiteindelijk geleid tot uitstel van de handhaving van de Wet DBA tot in ieder geval 1 januari 2018.

Oorzaak van de onrust was volgens de staatssecretaris het niet aansluiten van de arbeidswetgeving bij het huidige maatschappelijk beeld van wat een arbeidsverhouding is. Daarom gaat het kabinet onderzoeken of de criteria voor loondienst anders ingevuld kunnen worden. Om dit proces de ruimte te geven, handhaaft de overheid de Wet DBA voorlopig niet. Letterlijk zei Wiebes: ‘dit betekent dat als een opdrachtgever een zzp’er inhuurt en de Belastingdienst achteraf constateert dat er sprake is van loondienst, de fiscus geen naheffing, boetes en correctieverplichtingen voor de loonheffingen zal opleggen. In dat opzicht kunnen opdrachtgevers dus met een gerust hart zaken doen met zzp’ers.’ Als de Belastingdienst op een moment na 1 januari 2018 wél begint met handhaven, wordt dit tijdig en duidelijk aangegeven.

In de bouw zijn er al bijna meer zzp’ers dan bouwvakkers met een vaste baan. En denk nu niet dat al die zzp’ers het liefst een vaste baan willen hebben. Het overgrote deel van hen geniet van de vrijheid die zij als zelfstandige hebben. Daarnaast verdienen zij, zeker nu de bouwbranche de vraag uit de markt nauwelijks aankan, (veel) meer dan zij ooit in een vaste dienst konden en kunnen verdienen. Bij dit laatste speelt ook een rol dat zij als ondernemer kunnen genieten van diverse fiscale voordelen.

Maar nu blijkt dat de fiscale voordelen die de zzp’er denkt te genieten mogelijk toch worden bestreden. Uit een onlangs openbaar gemaakt intern memo van de Belastingdienst blijkt dat zij de optie openhouden om het inkomen van de zzp’er aan te merken als ‘resultaat uit overige werkzaamheden’, in plaats van ‘winst uit onderneming’. De financiële gevolgen voor de zzp’er kunnen fors en vooral nadelig zijn, omdat over hetzelfde inkomen (veel) meer belasting moet worden betaald.

Gesteld kan worden dat de geruststelling van Wiebes een herkwalificatie van het inkomen van de zzp’er inderdaad niet uitsluit, althans niet letterlijk. Tegelijkertijd is met de geruststelling volgens velen wel de indruk gewekt dat ook deze correctie voorlopig niet aan de orde zal zijn. Enfin, nu is het afwachten of, en in welke mate, de Belastingdienst daadwerkelijk, conform het interne memo gaat handelen.

Frank Kerkhof