Bouwfouten

Artikel delen

Luchtdicht uitbouwen: wettelijk geen eis toch?

Voor ons werk als bouwpatholoog staan we veel in uitgebouwde/verbouwde woningen. Regelmatig is de vraag waar toch die kou en tocht vandaan komt. “Sinds de verbouwing is de woonkamer niet meer warm te krijgen, speciaal in de uitbouw.” Of: “De aannemer heeft het dak geïsoleerd, is het wel de goede isolatie?” Regelmatig wordt echter ook tijdens een discussie over constructies of meer- en minderwerk tocht gevoeld.

Tekst: Sjang den Ouden
Bureau voor Bouwpathologie BB

Boeiboord uitbouw bij het deel van de bestaande gevel.

Door de bouwpatholoog wordt vaak al snel, zittend onder de verlichting in het plafond of voor het stopcontact in de muur van de uitbouw, de koude luchtstroming en de parallel met de kromming van de bomen buiten vastgesteld. Zo ook in deze uitbouw aan de achtergevel van een woning uit de dertiger jaren. Door een discussie over de toegepaste constructie voor de doorbraak van de achtergevel – het opvangen van de bovengelegen gevel – wordt ‘bij toeval’ ontdekt dat ook in deze uitbouw sprake is van veel tocht. Bij het constateren en melden van de tocht door de bouwpatholoog wordt de klacht herkend door de bewoners. “Dit hebben we aan de aannemer gemeld maar deze zei dat hij wat isolatie was vergeten en dit zou hij nog aanbrengen. Heeft hij dat dan nog niet gedaan?”

Inbouwspot in plafond.

Probleem

Tussen de opdrachtgever en eigenaar van de uitgebouwde woning en de aannemer die de uitbouw heeft gemaakt is een discussie ontstaan over de toegepaste stalen balken in het dak van de uitbouw. Met name de toegepaste stalen balk onder de achtergevel zou te geringe afmetingen hebben. Hierdoor zou het metselwerk van de achtergevel boven het dak van de uitbouw zijn gescheurd.
Om duidelijkheid te krijgen over het al dan niet voldoen van de staalconstructie wordt de bouwpatholoog ingeschakeld. De uitbouw is echter al gereed, de bewoners wonen hier al enkele maanden in en er is dus ter plaatse ook niets van de stalen constructie te zien.

Onderzoek

Op het moment van onderzoek waait het stevig buiten en is het winter. Bij aanvang van het onderzoek wordt eerst een gesprek gevoerd over het dossier. Zijn er wel of geen constructieberekeningen en -tekeningen gemaakt? Tijdens het gesprek staat de bouwpatholoog onder één van de inbouwspots in het plafond van de keuken. Steeds wanneer buiten een flinke windvlaag zichtbaar is aan de bomen wordt een sterke koude luchtstroom door de haren en in de nek gevoeld. Omdat er geen stukken zijn van de staalconstructie wordt besloten enkele spots uit het plafond te verwijderen om de staalconstructie zo goed en kwaad als dat kan te zien of in te meten. Bij het verwijderen van de spots komt de koude wind in sterke vlagen uit de ruimte achter het plafond naar binnen.
De bouwpatholoog vraagt aan de bewoner of dit ook hen is opgevallen. Dit wordt bevestigd en aangegeven wordt dat dit al is gemeld aan de aannemer. De aannemer zou hebben gezegd dat hij een strookje isolatie in het dak is vergeten wat hij alsnog zou aanbrengen om het probleem op te lossen. De aannemer zou tijdens andere herstelwerkzaamheden (in de zomer) de isolatie hebben geplaatst maar nu in de winter lijkt het probleem te zijn teruggekomen. Verzocht wordt ook dit in het onderzoek te betrekken na het inmeten van de staalconstructie.
De ruimte achter het plafond blijkt geheel leeg. Er is geen isolatie te zien. De houten dakconstructie is zichtbaar dus zal er wel een warm dak zijn toegepast is het vermoeden. Bij het betreden van het dak blijkt dit het geval. Bij het verwijderen van het boeiboord blijkt echter dat langs de oplegging van de balken, tussen het dakbeschot en het metselwerk, maar ook via de aansluiting van het overstek op het metselwerk, buitenlucht ongehinderd in de dakconstructie kan stromen. Er is geen luchtdichting of isolatiemateriaal zichtbaar ter plaatse van de aansluiting van het warmdak op de gevel en de aansluiting van het overstek op de gevelkozijnen.

Stalen ligger onder achtergevel.

Analyse

De afmetingen van de stalen constructie blijken overeen te komen met de door de bouwpatholoog ter controle opgestelde berekening. Een hele geruststelling, het is veilig en de dakconstructie hoeft daarom gelukkig niet te worden opengemaakt.
Maar dan de tocht. Door het ontbreken van voldoende isolatie en luchtdichting ter plaatse van de aansluiting van het warmdak (isolatie op het dakbeschot, onder de dakbedekking) op de gevels kan koude lucht van buiten in de ruimte achter het plafond terechtkomen. Deze koude lucht zorgt er voor dat de ruimte achter het plafond de buitentemperatuur gaat evenaren. Door de gaten in het plafond voor de verlichting, de spots blaast onder invloed van drukverschil deze koude lucht de woning in met tochtklachten tot gevolg.
Ter plaatse van de zijgevel van de uitbouw is een voorzetwand geplaatst voor extra isolatie met daarin stopcontacten. De aansluiting van de voorzetwand op de dakconstructie is ook niet luchtdicht uitgevoerd, waardoor ook de koude luchtstroming duidelijk voelbaar is.
Voordeel van deze, helaas veelvuldig op deze manier, onjuist uitgevoerde uitbouw is dat meer dan voldoende ventilatie het gehele jaar door gewaarborgd is. Aan deze ventilatie kleven echter grote nadelen. Namelijk de oncontroleerbaarheid, het dis-comfort en het grote warmteverlies wat dit met zich meebrengt. Veel warmteverlies betekent vaak ook extra verwarmingsbehoefte en daarmee hoge energiekosten. Grofweg kan worden gesteld dat een afname van de luchtdichtheid met een factor 2 zal leiden tot een toename van de energiekosten voor verwarmen met een factor 2 (vuistregel die uiteraard wel mede afhangt van de mate van infiltratie/exfiltratie).

Stalen ligger onder wand.

Conclusie

De staalconstructie voldoet aan de gestelde eisen. De luchtdichtheid is echter niet goed en deugdelijk omdat deze het beoogde effect van de wettelijk verplichte isolatie vrijwel geheel teniet doet in koude periode met sterke wind. Deze luchtdichtheid op de aansluiting van het dak op de gevel moet alsnog worden verbeterd.

Advies

Alsnog het plafond geheel openen langs de gevels. Deze alsnog isoleren en voorzien van luchtdichting tussen de warmdakconstructie en de gevels en kozijnen. Veelal valt deze luchtdichting samen met de dampremmende folie die ook ter plaatse van deze aansluiting veelal moet worden aangebracht. Deze folie moet luchtdicht tegen het dakbeschot en luchtdicht tegen de gevel worden aangebracht, rondom de uitbouw.
Let op: minerale wol als isolatie is op zichzelf niet winddicht. Zonder toevoeging van andere lagen, folies of ondergronden zal dit de luchtdichtheid en isolatie niet verbeteren!

BouwTotaal