Bouw van 500.000 levensloopbestendige woningen kan druk op zorg verlagen
1 op de 3 ouderen vindt hun woning ongeschikt om er nog lang te blijven wonen. Maar daarentegen is verhuizen voor meeste ouderen geen aantrekkelijke optie. Daarbij kan inzetten op een veilige en gezonde woonomgeving de druk op de zorg verminderen.
Ruim 6 op 10 ouderen willen verhuizen naar seniorenwoning, maar aanbod schiet tekort
Nieuwbouwwoningen voldoen nauwelijks aan de behoeften van de groeiende groep ouderen. Dat concludeert ABN AMRO in haar rapport ‘Tekort woningen voor ouderen ook probleem voor de zorg’, dat op 18 januari is gepubliceerd. Zo nam het aantal seniorenwoningen – veelal gelijkvloerse woningen met een ruime badkamer – volgens het CBS tussen 2012 en 2021 met slechts 8 procent toe, terwijl het aantal middelgrote woningen (15 tot 50 m²) met 50 procent steeg en het aantal eengezinswoningen (groter dan 150 m²) met 14 procent. Maar liefst één op de drie ouderen tussen 65 en 75 jaar vindt de huidige woning eigenlijk ongeschikt om er nog lang te blijven wonen. Zo zou 63 procent van deze groep het liefst verhuizen naar een seniorenwoning; dit geldt voor bijna driekwart van de 75-plussers. Hoewel een grote groep wil verhuizen naar een levensloopbestendige woning, doen zij dit niet, omdat er geen passend en betaalbaar aanbod is. Als gevolg hiervan blijft een groot deel van de senioren in een eengezinswoning met meerdere verdiepingen wonen.
Verhuizen naar huurwoning is zelden betaalbare optie
Veel ouderen willen liever niet verhuizen, omdat zij door alle voorzieningen en sociale contacten gehecht zijn aan hun woning en buurt, blijkt uit de analyse van ABN AMRO. Lange wachttijden vormen eveneens een hindernis en ook is het financieel vaak niet aantrekkelijk om te verhuizen. Ouderen die in een sociale huurwoning wonen, verhuizen het minst. Sociale huurwoningen die geschikt zijn voor senioren zijn vaak nieuwbouwwoningen die kleiner én duurder zijn dan hun huidige woning. In het vrije segment zijn meer woningen beschikbaar, maar met huren van ruim 1.000 euro per maand zelden een betaalbare optie. Ook voor woningbezitters kunnen huren in de vrije sector een bezwaar zijn. De maandlasten – zeker voor ouderen die hun hypotheek al hebben afgelost – liggen lager als zij in hun huidige woning blijven. Als zij naar een huurwoning verhuizen, vervallen bovendien fiscale voordelen als de hypotheekrenteaftrek en wordt het opgebouwde vermogen na verkoop zwaarder belast. Áls deze ouderen al verhuizen, doen zij dat bij voorkeur naar een volgende koopwoning.
Bouw van 500.000 nieuwbouwwoningen voor ouderen kan zorguitgaven drukken
Nu de babyboomgeneratie met pensioen gaat en de levensverwachting blijft stijgen, nemen ook de zorguitgaven toe. Een veilige, gezonde woonomgeving kan volgens ABN AMRO bijdragen aan de beperking van de zorgkosten. “Ouderen vormen de snelst groeiende demografische groep in ons land. Passende en betaalbare ouderenhuisvesting dient daarom een integraal onderdeel van de woningbouwopgave te vormen. Aangezien nu al veel ouderen eigenlijk in niet geschikte huisvesting wonen, zouden van de één miljoen nieuwe woningen minimaal 400.000 tot 500.000 levensloopbestendige woningen voor ouderen moeten zijn”, zegt Claire van Staaij, Sector Banker Vastgoed van ABN AMRO. “Dat lost verschillende problemen tegelijkertijd op. Zo komt de doorstroming op de woningmarkt op gang, terwijl ouderen langer zelfstandig kunnen wonen en daardoor een beroep op de zorg kunnen uitstellen. Dit is prettiger voor de ouderen zelf, vermindert de druk op de zorgsector en resulteert bovendien in een mildere stijging van de zorgkosten.”
Voor meer informatie kunt u contact opnemen met:
ABN AMRO
Claire van Staaij, Sector Banker Vastgoed
claire.van.staaij@nl.abnamro.com
06 54 37 11 90