Wet Kwaliteitsborging: stand van zaken

Artikel delen

Het is weer even stil rond de Wet Kwaliteitsborging voor het bouwen. U weet wel: de wet die straks de private kwaliteitsborging in ons land gaat aansturen. Daarbij worden bijvoorbeeld aannemers ook aansprakelijk voor gebreken die bij de oplevering van het werk niet zijn ontdekt – ook al had dat wel gekund – tenzij deze gebreken niet aan de aannemer zijn toe te rekenen. Daarnaast wordt nieuwbouw straks bij oplevering getoetst aan de bouwregelgeving en niet – zoals nu – vanaf papier voorafgaand aan de bouw. En dan is er nog de private kwaliteitsborger die gedurende het ontwerp- en uitvoeringsproces in plaats van de gemeente controleert of wordt gebouwd volgens Bouwbesluit 2012.

Eind juni 2018 heeft minister Ollongren de Eerste Kamer in een brief op de hoogte gebracht van de stand van de zaken rond de Wet Kwaliteitsborging voor het bouwen. De minister is voornemens om de Wet Kwaliteitsborging gelijk met de nieuwe Omgevingswet in te laten gaan, de beoogde invoeringsdatum is halverwege 2021, en adviseert de Eerste Kamer de behandeling van de Wet voort te zetten.

De Eerste Kamer wil echter eerst een ingelast debat in de Tweede Kamer afwachten, alvorens de wet inhoudelijk te behandelen. Ook heeft de minister aangegeven meer pilotprojecten te willen doen. Ollongren wil tevens afspraken maken met de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG), over de bevoegdheidsverdeling tussen het ‘bevoegd gezag’ en de kwaliteitsborgers.
Bouwend Nederland heeft trouwens altijd een wet bepleit die enerzijds bouwkwaliteit een impuls geeft, maar die anderzijds geen verdere juridisering of kostenverhoging in de hand werkt. Het doel moet zijn om tot een systeem te komen dat het leveren van kwaliteit beloont, zodat bouwbedrijven zich meer dan nu positief kunnen onderscheiden. De brancheorganisatie denkt echter dat het huidige voorstel dat niet zal realiseren.

Wanneer de wet wordt aangenomen, dan stelt Bouwend Nederland stapsgewijze invoering voor. De wet Kwaliteitsborging voor het bouwen is immers een ingrijpende wijziging. Als de Eerste Kamer besluit de wet op deze manier niet in te laten gaan, dan zal Bouwend Nederland in overleg met leden en stakeholders aan de slag gaan om te zorgen dat de bouw- en infrasector meer kwaliteit kan leveren tegen geringere kosten.
Indien er wordt besloten om deze wet inderdaad gelijk met de Omgevingswet in te laten gaan, zal Bouwend Nederland de leden hierop voorbereiden door onder andere voorlichtingsbijeenkomsten te organiseren. We houden u uiteraard op de hoogte!