Prefab waar het kan
“Prefabricage biedt veel voordelen, maar dat combineren we vaak met traditioneel bouwen. Beide bouwmethoden bieden namelijk voordelen”, zegt Herman ter Harmsel, directeur Timmerfabriek Ter Harmsel. De timmerfabriek werkt nauw samen met Bouwbedrijf Ter Harmsel en levert van prefab dakkapel tot een compleet houtskeletbouw casco.

Herman ter Harmsel (midden), directeur Timmerfabriek Ter Harmsel, met broers Bram (rechts) en Erik (links): “Zoek de optimale combinatie van traditioneel en prefab.” Foto: Bert Kamp.
Bouwbedrijf Ter Harmsel is een echt familiebedrijf. “In 1911 begon mijn overgrootvader met het metselen van putdeksels voor het gemeentelijk rioolstelsel. Inmiddels zijn we doorgegroeid tot een middelgrote organisatie. Onze directie wordt gevormd door mijn broers Bram, Erik en ikzelf”, zegt Herman ter Harmsel. Het bouwbedrijf en timmerfabriek realiseren woningen en appartementen in opdracht van onder meer grote bouwbedrijven, woningcorporaties of particuliere opdrachtgevers. Maar je kunt ook bij Ter Harmsel terecht voor renovatieprojecten of utiliteitsbouw, zoals winkelcentra, kantoorpanden of bedrijfsverzamelgebouwen. Onder de naam VARIAhuis worden in eigen regie complete prefab woningen geleverd.
Prefab bouwdelen

Ondanks de afdeling Prefab binnen de timmerfabriek, wordt zeker niet iedere woning geheel geprefabriceerd. Zo heeft het VARIAhuis tot de zoldervloer een casco van kalkzandsteen en betonnen prefab vloeren.
In 2008 kreeg prefab bouwen vaste voet onder grond bij de timmerfabriek, toen een werkvoorbereider van een failliete prefab dakenfabrikant bij Ter Harmsel kwam werken: “We zijn toen prefab scharnierkappen gaan produceren. Via mond-op-mond reclame nam de vraag naar prefab kappen daarna snel toe”, aldus Herman.
Inmiddels heeft de timmerfabriek een Afdeling kozijnen en een Afdeling prefab. “Binnen de Afdeling prefab maken we de zelfdragende scharnierkappen, maar ook prefab platte daken, mansarde daken, lessenaars daken, dakranden, dakopstanden en luifels. Verder produceren we prefab houten dakkapellen, binnenwanden, vloeren, binnenspouwbladen, gevelvullende elementen, topgevels of zelfs complete houtskeletbouw casco’s.”
Volgens Herman worden de prefab elementen ook veel geleverd aan de renovatiemarkt: “Door de energietransitie krijgen veel woningen een nieuwe, beter geïsoleerde gevel en/of dak. Wij leveren de geïsoleerde voor- en achtergevels, maar ook scharnierkappen en dakkapellen.”
Combinatie met traditioneel
Ondanks de afdeling Prefab binnen de timmerfabriek, wordt zeker niet iedere woning geheel geprefabriceerd. Herman: “Sterker nog: ons VARIAhuis heeft tot de zoldervloer een casco van kalkzandsteen en betonnen prefab vloeren. De kapconstructie, gevelvullende elementen en topgevels zijn prefab houten elementen, evenals eventuele dakkapellen en de zoldervloer. Omdat wij deze woningen onder eigen regie maken, hebben we de vrije keus. Kostentechnisch is het dan interessanter om kalkzandsteen lijmblokken te gebruiken tot de zoldervloer.”
Maar is volledig prefabriceren niet veel sneller? “De montage van prefab elementen gaat natuurlijk heel snel. De vrachtwagen komt en je monteert een verdieping per dag of zelfs het hele casco. Maar je hebt wel een langere voorbereidingstijd. Je moet de elementen immers exact op maat en foutloos fabriceren in de fabriek. Dat betekent ook dat fouten tijdens de montage veel lastiger zijn te herstellen. Daarnaast zijn HSB-elementen die bijvoorbeeld al zijn afgewerkt met gipsplaten veel gevoeliger voor vocht tijdens de montage. In zomer kun je tijdens een regenbuitje nog wel monteren, maar in de winter blijft alles vochtig.”
Volgens Herman kun je met kalkzandsteen lijmblokken ook snel bouwen: “Je krijgt de elementen keurig op maat en met wanduitslagen. Het is net een soort Lego. Daardoor kunnen we in één dag alle wanden op de hele begane grondvloer verlijmen. De volgende dag kunnen de kanaalplaatvloeren erop en kun je de verdiepingswanden gaan stellen. Voordeel van kalkzandsteen dragende wanden is ook dat ze meer draagkracht hebben en je dus grotere overspanningen kunt halen met dunnere vloeren. Je indelingsvrijheid is daardoor ook groter.”

Timmerfabriek.
Houtskeletbouw

Ondanks de voorkeur voor een casco uit kalkzandsteen lijmblokken, produceert de timmerfabriek ook complete houtskeletbouwwoningen. “Maar dat is dan altijd in opdracht van andere bouwbedrijven, woningbouwcorporaties en soms particulieren. De architect vervult hierin ook een belangrijke rol, indien deze een voorkeur voor houtbouw heeft. Voor de montage schakelen we vervolgens een externe montageploeg in.”
Ziet de directeur prefab bouwen ook als een oplossing voor circulair bouwen? “Ik heb daar vraagtekens bij. Natuurlijk kun je een houtskeletbouwwoning eenvoudiger demonteren dan een traditioneel gebouwde woning. Maar vervolgens kun je de losgekomen bouwdelen niet zomaar hergebruiken. Officieel is het dan ‘sloophout’ waarbij je de kwaliteit op het moment van vrijkomen opnieuw moet vaststellen. Wellicht is er ooit brand geweest, zit er houtworm in, is de constructie blootgesteld aan te hoge belastingen of verzakkingen, zijn er tijdens de gebruiksfase delen verwijderd of gewijzigd, enzovoort. En wat gebeurt er met zo’n element tijdens montage en transport? Dus het lijkt mooier dan het is.”
Tekort aan vakmensen
Hoe kijkt Herman aan tegen de lage faalkosten bij prefab bouwen? “Die zijn inderdaad laag, mits je alles goed voorbereid. Wij produceren alle elementen onder KOMO-certificatie. Daarbij maken we tijdens de productie ook overal foto’s van, als bewijslast. Een kwaliteitsborger kan die foto’s altijd opvragen.”
Ziet hij prefab ook als oplossing voor het toenemend tekort aan vakmensen? Bij het verwerken van kalkzandsteen lijmblokken zijn er immers weer extra mensen op de bouwplaats nodig. “Maar die vakmensen hebben we ook nodig in de fabriek! Je kunt er wel een bakker, groenteboer en slager neerzetten, maar die kunnen aanvankelijk alleen seriematig werk doen, dat zich herhaalt. Maar wij hebben vaak een serie van één: maatwerk dus. Dan moet je telkens een element weer anders opbouwen en oplossingen zoeken. Daar heb je toch echt vakmensen voor nodig.”
We moeten de bouw volgens Herman weer aantrekkelijk maken voor jongeren: “Daar spelen ook de ouders een rol in. Die zien liever dat hun kinderen naar een theoretische opleiding op de vmbo gaan. Aan de bouwsector kleeft nog steeds het imago van zwaar en vies werk. Maar dat is inmiddels flink veranderd. Wij staan open voor jonge vakantiewerkers en laten hun in de fabriek ook echt meewerken en niet alleen maar vloeren vegen. Daarnaast hebben we open dagen, zodat jongeren kunnen zien hoe ze in droge en schone omstandigheden kunnen werken. Wij hebben nu ook weer drie tot vier jongens lopen die een BBL-opleiding volgen. Dat is vier dagen werken en één dag in de week naar school, met een baangarantie.”

Tot slot
Conclusie aan het eind van ons boeiende gesprek: zoek de optimale combinatie van traditioneel en prefab. Herman: “Die fabriekswoningen zijn een mooie ontwikkeling. Maar die fabrieken moeten wel duizenden woningen per jaar produceren om rendabel te zijn. Dat legt druk op een organisatie: een bezetting van 75% is onvoldoende en 110% is teveel. Hoe ga je dat sturen? En hoe ga je om met fouten die tijdens of vlak na de montage worden ontdekt? Moet je dan de hele productie stilleggen?”
Toch ziet Herman veel toekomst in verdergaande prefabricage: “Toch moeten we nog wel de technologie verder ontwikkelen, zoals een spijkerstraat voor dakkappen en dergelijke. Maar verder is dit de weg die we moeten gaan. Een hele uitdaging, want we moeten ook al de CO2-uitstoot verlagen, biobased bouwen, rekening houden met de milieuprestatie, digitaliseren en jongeren enthousiast maken voor de bouw. Er komst steeds meer bij. Maar met prefab bouwen kunnen we al veel uitdagingen invullen.”