Aanpak slecht geïsoleerde woningen voor 2030

Voor 2030 moeten alle slecht geïsoleerde woningen en gebouwen aangepakt zijn. Dat staat in de nieuwe plannen van minister De Jonge voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening. Met de plannen moet voor iedereen een duurzame woning binnen handbereik komen. Het kabinet heeft speciale aandacht voor mensen met een kleine portemonnee. Door nieuwe financieringsmogelijkheden wordt het ook voor hen mogelijk om hun woning betaalbaar te kunnen isoleren.

isoleren

Foto: VENIN.

“De ambitie is om een duurzame woning voor iedereen mogelijk te maken. Dat is goed voor het klimaat, voorkomt een hoge energierekening en maakt ons minder afhankelijk van aardgas”, zegt minister Hugo de Jonge. “Dit doen we door mensen beter op weg te helpen hoe zij hun woning kunnen isoleren en door het wegnemen van financiële drempels. Een duurzame woning moet tenslotte voor iedereen te betalen zijn. We willen voorkomen dat mensen onnodig op hoge kosten worden gejaagd.”

Om de energiebehoefte terug te dringen heeft het kabinet het Nationaal Isolatieprogramma gelanceerd. Het doel is om 2,5 miljoen woningen te isoleren tot en met 2030. Daarnaast is het doel om 1 miljoen hybride warmtepompen in de bestaande bouw te installeren voor 2030. Ook komt er een bijmengverplichting voor groen gas.

Betaalbaar voor iedereen

De plannen vragen om forse investeringen van overheden, instellingen, bedrijven en mensen. Ook mensen met een kleine portemonnee en kleine bedrijven en instellingen moeten mee kunnen doen. Daarom verbetert het kabinet de voorwaarden met aantrekkelijke energiebespaarleningen en -hypotheken via het warmtefonds. Deze zijn ook voor mensen die niet of beperkt kunnen lenen, zodat zij toch geld krijgen om de woning te verduurzamen zonder dat zij te veel betalen of met een restschuld kunnen blijven zitten. Mensen met lagere inkomens kunnen lenen tegen een 0%-rentetarief. Daarnaast zijn de subsidies verhoogd en wordt het mogelijk om voor één isolatiemaatregel ook subsidie te krijgen.

Nieuwe normen

Er komt normering voor het verduurzamen van huurwoningen, utiliteitsgebouwen en voor verwarmingsinstallaties. Hierdoor krijgen gebouweigenaren duidelijkheid over welke stappen wanneer gezet moeten worden en kunnen zij dit meenemen in hun overwegingen bij het investeren in een woning of het afsluiten van een lening of hypotheek. Zo wil het kabinet stapsgewijs af van slecht geïsoleerde woningen, slechte energieprestatie bij utiliteitsgebouwen en de mono cv-ketel.

Om wettelijk te borgen dat alle slecht geïsoleerde huurwoningen worden verbeterd, zullen per 1 januari 2030 wettelijke eisen worden gesteld aan de verhuur van corporatiewoningen en private huurwoningen. Ook utiliteitsgebouwen met slechte energielabels (E, F en G) worden aangepakt. Vanaf 2026 wordt de hybride warmtepomp de nieuwe standaard. Dat betekent dat bij vervanging van de cv-installaties mensen moeten overstappen op een installatie die minder of geen aardgas gebruikt, mits de woning hiervoor geschikt is.

Vergroten uitvoeringscapaciteit

Het kabinet gaat gemeenten en provincies compenseren voor hun uitvoeringskosten. Er komt een nationaal programma ter ondersteuning van de lokale warmtetransitie en er komt een helder wettelijk kader. Naast de nieuwe Warmtewet wordt er gewerkt aan de Wet gemeentelijke instrumenten warmtetransitie.

Tot slot wil het kabinet dat er innovatiever en duurzamer gebouwd en verbouwd gaat worden. Door de bouw te helpen om de kosten te verlagen, de productiviteit te verhogen en verduurzaming zo efficiënter te maken. Om dit mogelijk te maken stimuleert het kabinet innovatieve bouwmethoden en technieken en betere samenwerking binnen de sector. Daarbij zal de bouw ook meer natuurinclusief, emissievrij en circulair moeten gaan werken.