Brandwerende deuren: wat zijn het en hoe werken ze?
Brandwerende deuren (of: branddeuren) vormen een cruciaal onderdeel van de passieve brandbeveiliging in gebouwen. Ze worden toegepast voor brandcompartimentering, waarbij strategisch geplaatste fysieke barrières de verspreiding van vuur en rook bij brand vertragen. We lichten toe hoe branddeuren zijn opgebouwd, welke bescherming ze bieden en wanneer ze wettelijk verplicht zijn.
De samenstelling van branddeuren
Een brandwerende deur kan bestaan uit verschillende materialen zoals hout, staal, gips en aluminium. Sommige branddeuren bevatten ook ramen van borosilicaatglas of keramisch glas. Deze glassoorten zijn aanzienlijk brandbestendiger dan gewoon glas en kunnen worden versterkt met een ingebouwd metalen gaas om versplintering te voorkomen.
Voor optimale brandwerendheid sluiten deze deuren naadloos aan op het kozijn. Eventuele naden worden afgedicht met een speciale brandwerende siliconenkit. Aan de onderzijde van de deur bevindt zich meestal een opzwellende strip. Bij hitte zet deze strip uit, waardoor er geen rook onder de deur door kan trekken.
Vrijwel alle branddeuren zijn uitgerust met een automatische deursluiter. Deze sluiter, die bovenaan de deur wordt gemonteerd, werkt op basis van een veermechanisme of hydraulisch systeem. Hierdoor valt de deur automatisch in het slot, wat voorkomt dat vuur en rook zich verspreiden naar andere ruimtes.
Let wel: niet elke deur met bovengenoemde eigenschappen is automatisch een branddeur. Een echte branddeur moet gecertificeerd zijn door de fabrikant. Deze certificering wordt pas verstrekt nadat de deur uitvoerige tests heeft doorstaan in een erkend testcentrum, waaronder brand- en belastingsproeven. Gecertificeerde branddeuren zijn herkenbaar aan een keurmerk op de bovenkant. Hierop staan de fabrikant, productiedatum en brandwerendheidsklasse vermeld.
De beschermingsduur van branddeuren
Branddeuren worden ingedeeld in verschillende klassen, die elk een eigen beschermingsniveau bieden. Deze classificatie is gebaseerd op het aantal minuten dat de deur brand kan weerstaan: FD30 (30 minuten), FD60 (60 minuten), FD90 (90 minuten) en FD120 (120 minuten).
Het onderscheid tussen deze klassen wordt hoofdzakelijk bepaald door de gecertificeerde kerndikte van de deur. Dit betreft het basismateriaal van de deur, dat vaak wordt afgewerkt met een decoratieve buitenlaag.
In kantoorgebouwen en woningen worden doorgaans branddeuren uit de klassen FD30 en FD60 toegepast. De zwaardere klassen (FD90 en FD120) vind je vooral terug in gebouwen waar zeer waardevolle zaken beschermd moeten worden, zoals archieven of datacenters.