NTA voor brandveiligheid in massieve houtbouw
Met de groeiende populariteit van houtbouw als duurzaam alternatief voor traditionele bouwmethoden, groeit ook de behoefte aan duidelijke richtlijnen voor brandveiligheid. Hout is een brandbaar materiaal en de bestaande regelgeving houdt nog onvoldoende rekening met de specifieke vuurlast die massieve houtbouw met zich meebrengt. NTA 6125 biedt daarom een set maatregelen om de risico’s te minimaliseren en tegelijkertijd ruimte te bieden voor innovatieve bouwmethoden.

Foto: Centrum Hout.
Op 15 april 2025 eindigde de publieke consultatieronde voor de NTA 6125 voor brandveiligheid in massieve houtbouw. Deze eerste versie van de NTA is bedoeld als uitgangspunt. Op basis van reacties uit de markt, onderzoek en praktijkervaring zal in 2026 een eventuele herziening volgen, waarbij het normdocument verder wordt aangescherpt.
Aanleiding voor deze NTA is een motie die in april 2021 door de Tweede Kamer werd aangenomen. Toen vroegen de Tweede Kamerleden Beckerman en Bromet in een motie aan de toenmalige minister van woningbouw Hugo de Jonge om in het toenmalige Bouwbesluit regels op te nemen die mensen in hoge houten gebouwen beschermt. Maar ook werd gevraagd om richtlijnen die voor bewoners, overheden en de brandweer duidelijkheid schept. Dit omdat in de vigerende regelgeving hoogbouw in hout niet expliciet genoemd is. Dit zou overigens expliciet regelgeving moeten zijn die ‘niet onnodig is, maar mensen wel beschermt’. Hugo de Jonge heeft in reactie daarop NEN opdracht gegeven om een richtlijn op te stellen. Dat is NTA 6125 ‘Brandveiligheid massieve houtbouw’ geworden. Het is de bedoeling de NTA op termijn aan te laten wijzen door het Besluit bouwwerken en leefomgeving (Bbl).
Kritiek op NTA
Bijzonder aan de NTA is dat deze uitgaat van behoud van het gebouw en het feit dat bewoners op hun plek moeten kunnen blijven, terwijl elders de brand wordt bestreden. Dat vraagt een blijvende stabiliteit van het gebouw. In de huidige regelgeving wordt alleen uitgegaan van het veilig kunnen vluchten van bewoners en het voorkomen van brandoverslag naar naastgelegen panden. Betrokken houtbouwers vrezen dat de voorgestelde ‘vuurlast-voorschriften’ hun doel voorbijschieten en gepaard gaan met onnodig hoge kosten en ingrepen die de ontwerpmogelijkheden beperken. “In feite gaat het hier over het indammen van het risico dat een gebouw onblusbaar wordt voor de brandweer en niet volledig afbrandt. Dat is een novum in de Nederlandse bouwregels, waarvan je je kunt afvragen of die in publiekrechtelijke voorschriften thuishoort”, zegt een goed ingevoerde houtbouwer in Cobouw.
Opstellers van de NTA vinden van niet. Zij benadrukken op hun beurt dat het beperken van de omvang en uitbreiding van een brand in gebouwen, middels bijvoorbeeld compartimentering, al sinds jaar en dag een van de uitgangpunten is in regelgeving en voor de brandweer. Er is dus kortweg geen sprake van een novum.
Wat is een NTA?
Een NTA is een Nederlandse Technische Afspraak die de status heeft van een aanbeveling. Het is dus geen norm. De NTA heeft een geldigheidsduur van maximaal drie jaar. Na verstrijken van de geldigheidsduur wordt de inhoud getoetst door de normcommissie of werkgroep die de Algemeen Directeur NEN adviseert over handhaven of intrekken van de NTA of omzetting van de NTA in een NEN norm, NPR (Nederlandse praktijkrichtlijn) of NVN (Nederlandse voornorm).