Als de begane grondvloer compleet vervangen moet worden

Steeds vaker wordt besloten de oude ongeïsoleerde begane grondvloer in woningen te vervangen. Vloerfabrikanten leveren verschillende – meestal prefab – vloersystemen die een snelle uitvoering mogelijk maken. De vloeren zijn licht van gewicht en bestaan uit relatief kleine onderdelen die eenvoudig naar binnen kunnen. Daarbij zijn geen kranen nodig, alleen voor het afladen van de vloerpakketten vanaf het transportmiddel. Een overzicht.
 

In de lichte Droge variant van de PS-renovatievloer bestaat de afwerking uit underlayment of cementgebonden platen.

De momenteel leverbare vloersystemen ter vervanging van begane grondvloeren kunnen worden onderverdeeld in twee systemen: vloeren die bestaan uit liggers en broodjes, ofwel vulelementen, én complete zogenoemde ‘cassettevloeren’. Daarnaast is er nog een alternatief in de vorm van een dikke laag schuimbeton die op de vloer van de kruipruimte wordt gestort. Behalve dit laatste systeem, zijn de meeste vloervervangingen snel uit te voeren, veelal in één dag.
 

Voor het Reno Acero vloersysteem (één van de Renomaat vloersystemen) is een randprofiel met oplegschoenen leverbaar.

Liggers en broodjes

VBI levert de VBI PS-renovatievloer die bestaat uit stalen liggers met daartussen EPS-vulelementen. Er zijn drie uitvoeringen: Standaard, Droog en Semi-droog. Het overspanningsbereik van de PS-renovatievloer Standaard is 5,0 meter en voor de Droge en Semi-droge variant is dit 4,2 meter. De polystyreen vulelementen zijn in verschillende isolatiewaarden leverbaar.
Bij de Standaard uitvoering worden de liggers en vulelementen voorzien van een wapeningsnet en een betonnen druklaag (70 liter/m2) en een zandcement afwerklaag. Deze variant is onder andere geschikt bij toepassing van vloerverwarming. Bij de PS-renovatievloer Droog adviseert VBI – in plaats van een betonnen druklaag – een afwerking met underlayment platen of cementgebonden platen van minimaal 18 mm dik. Dit garandeert de juiste stijfheid en vochtbestendigheid.
 

De Hoop Pekso heeft een compleet renovatiepakket ontwikkeld met verschillende vloersystemen. Reno Duro® en Reno Acero® zijn beide droge systemen, ofwel voorzien van houten platen. Het eerstgenoemde vloersysteem heeft gerecyclede gewapende kunststof liggers; het tweede stalen liggers. Met de EPS vulelementen bedraagt het gewicht van de vloer respectievelijk 30 tot 36 kg/m2, en 20 kg/m2. Met beide syste4men zijn Rc-waardes van 3,5 en 5,0 m2K/W haalbaar. Voor het Reno Acero®-systeem is een randprofiel met oplegschoenen leverbaar, dat zorgt voor minder trillingen van de vloer.

Het vloersysteem Reno Combi® bestaat uit voorgespannen betonnen liggers en EPS of lichtbeton vulelementen. Over deze elementen wordt in het werk een druklaag gestort, hierbij moet dus rekening worden gehouden met de droogtijd van beton.

Staalframeproducent FeNB2 Staalframebouw ontwikkelde de FeNB2 Renovatievloer die bestaat uit liggers van koudgevormde, verzinkte stalen C-profielen met daarop een afwerking met van 10 mm spaanplaat (of 20 mm staalplaat) en eventueel een anhydriet vloeivloer. De vloerelementen zijn geïsoleerd en aan de onderkant afgewerkt met 30 mm koudebrugonderbreking. Die koudebrugisolatie is dampdicht en sluit de woonruimte hermetisch af van invloeden vanuit de kruipruimte.  
 

Siem Steur Staalconstructies levert de SPG-Renovatievloer®. Deze renovatievloer bestaat uit thermisch verzinkte stalen I-profielen, met daartussen gerecyclede EPS isolatie-elementen die onderling worden afgedicht. De naad tussen de muur en het EPS isolatie-element wordt eveneens afgedicht voor extra isolatie. Op de EPS-platen (tussen de liggers) wordt geluiddempend glaswol gemonteerd met daarop een dampwerende folie.

Cassettevloersystemen

Compofloor B.V. ontwikkelde in samenwerking met de TU Eindhoven en IMd Raadgevende Ingenieurs – de Compofloor®. Het systeem bestaat uit compleet geprefabriceerde elementen van uit composiet vervaardigde constructieve kokerprofielen, voorzien van isolatie. Afhankelijk van de gewenste isolatiewaarde wordt de dikte bepaald. Het systeem weegt circa 17 kg/m2. Door de onderlinge aansluiting met een messing en groef, die zorgt voor een 100 procent luchtdichte koppeling, hoeft geen extra vochtwerende laag aangebracht te worden na de montage van de elementen. De vloer heeft bovendien een optimale stijfheid en geeft geen trilling- of geluidsoverlast.
Havebo ontwikkelde – in samenwerking met Meilof Riks B.V. – de Cassettevloer 6.2. Het bedrijf beschikte al langer over de SL-combinatievloer die bestaat uit losse liggers en vulelementen. In de nieuwe Cassettevloer 6.2 staat de 6.2 voor de (standaard) hoge Rc-waarde van 6,2 m2K/W. Het systeem bestaat uit elementen met een kern van EPS en een stalen pantser, dat is voorzien van een Magizinc® beschermlaag. De cassettes wegen 8,5 kg/m1 bij een breedte van 700 mm. De elementen worden opgelegd op vilt op hoeklijnen. Underlaymentplaten op de vloer zorgen voor een uitstekend loopcomfort en voor een vlakke ondervloer voor diverse afwerkingen.

Schuimbeton

De Faber Renovatievloer – van Faber Celbeton B.V. – bestaat uit één dikke laag isolerend Celbeton, eventueel voorzien van vloerverwarming. Resultaat is een vlakke en schone vloer door een afwerkvloer over de vloerverwarming, als basis voor een andere vloerafwerking. Voor deze vloer wordt – na het uitbreken van de bestaande vloer – folie aangebracht op de bodem van de kruipruimte en opstaand tegen het metselwerk of andere wanden. Daarna wordt de kruipruimte gevuld met Faber Celbeton. Na het uitharden wordt eventueel de vloerverwarming aangebracht met daarop een moderne anhydriet dekvloer. Celbeton heeft goede isolerende eigenschappen: bij een dikte van 350 mm is een R-waarde haalbaar van 3,5 m2K/W.