Stootvoegloos gevelmetselwerk onder de loep

Artikel delen

Er zit een stijgende lijn in het aantal bouwprojecten met stootvoegloos gevelmetselwerk. Deze keuze heeft meestal een esthetische reden; het benadrukt de horizontale lijnen. Onderzoek en de praktijk tonen aan dat met inachtneming van de nodige randvoorwaarden, deze verwerkingsmethodiek prima resultaten oplevert.

Tekst: KNB

Woning waarbij er horizontale lijnen zijn gebruikt voor in het metselwerk

De horizontale lijnen worden benadrukt, vooral als ook verdiept wordt gevoegd.

Horizontale voegBij stootvoegloos metselwerk liggen de metselbakstenen in de lengte in principe koud tegen elkaar aan. De horizontale lijnen in het metselwerk worden hierdoor benadrukt, vooral als ook verdiept wordt gevoegd. Principieel is dat de stootvoegen niet worden gevuld met mortel. Doordat de koppen niet altijd vlak zijn en iets rond kunnen lopen, bedraagt de esthetische stootvoeg echter minimaal circa 2 millimeter. Varianten met een ruimere stootvoeg zijn denkbaar. Het buitenspouwblad kan door het ontbreken van gevulde stootvoegen iets meer waterdoorlatend zijn. Een beperkte hoeveelheid extra water wordt in veelvoorkomende gevallen in of achter het buitenspouwblad op de gebruikelijke wijze afgevoerd. Dat geeft geen aanleiding tot een verhoogde kans op vorstschade. Uitgangspunt daarbij is dat de bakstenen voldoen aan vorstbestandheidsklasse F2. Een effectieve luchtspouw van 20 mm tussen het buitenbladspouw en het isolatiemateriaal wordt ook hier geadviseerd. Dit betekent dat in de ontwerpfase moet worden uitgegaan van een ontwerpspouwbreedte van minimaal 40 mm + isolatiedikte.

Open stootvoegen

Het is niet noodzakelijk extra open stootvoegen te maken voor de goede ontwatering van vocht dat achter het buitenspouwblad kan komen. Ter plaatse van de horizontale beëindiging van het metselwerk (bijv. boven een kozijn) en bij de aansluiting van het metselwerk op de fundering, hoeven dus geen extra 10 mm brede open stootvoegen te worden aangebracht. Dit onder voorwaarde dat de aanwezige stootvoegen daadwerkelijk open zijn en niet gevuld met mortel. Het spreekt voor zich dat bijvoorbeeld bij bergingen met halfsteens metselwerk geen stootvoegloos metselwerk kan worden toegepast. De spouw en het buitenblad leveren door de sterke ventilatie volgens NPR 2068 geen bijdrage aan het warmte-isolerend vermogen van de constructie.

Visuele aspecten

Open stootvoegen tekenen zich snel donker af ten opzichte van de lintvoegen.

Open stootvoegen tekenen zich snel donker af ten opzichte van de lintvoegen.

Bij metselwerk met open-stootvoegen tekenen de stootvoegen zich snel donker af ten opzichte van de lintvoegen. De metselaar kan dit compenseren door de mortelkleur (van de lintvoeg) hierop aan te passen en ietwat verdiept te voegen. Hierdoor contrasteert de lintvoeg niet zo sterk met de altijd donker ogende smalle stootvoeg. In principe is stootvoegloos metselwerk mogelijk met alle soorten metselbakstenen. Afhankelijk van het metselverband, de gewenste stootvoegbreedte en het gekozen steentype, kan het soms nodig zijn extra eisen te stellen aan de maatspreiding van de stenen (R-factor). Dit is bijvoorbeeld het geval bij halfsteens of klezoorverband en de aanwezigheid van penanten of kortere muurlengtes. Als de maatvoering van het metselwerk gevoelig is voor afwijkingen, kan het best worden uitgegaan van de werkelijke baksteenafmetingen, zoals deze op het werk worden aangevoerd. Dit betekent wel dat de definitieve maatvoeringstekeningen pas kunnen worden gemaakt als er een leveringsmonster beschikbaar is uit de te gebruiken partij metselbaksteen. Hiervoor is het raadzaam de bakstenen zo vroeg mogelijk te bestellen, waardoor de fabrikant de bakstenen op tijd kan leveren. Onaangename verrassingen op de bouwplaats kunnen worden voorkomen door tijdige en juiste communicatie tussen ontwerper, aannemer, baksteenleverancier en fabrikant. Over visuele aspecten, zoals beschadiging en kromming, is in de Europese norm NEN-EN 771-1 (basis voor de CE-markering) niets opgenomen. Via de BRL 1007 — Metselbaksteen, de grondslag voor het KOMO-certificaat zijn deze aspecten wel geregeld.

Sterkte-eigenschappen

Stootvoegloos metselen heeft geen invloed op de druksterkte van het metselwerk en evenmin op de buigtreksterkte loodrecht op de lintvoegen. Alleen de buigtreksterkte evenwijdig aan de lintvoegen wordt door het ontbreken van gemetselde stootvoegen enigszins verminderd. Aangezien de bijdrage van gemetselde stootvoegen aan de buigtreksterkte evenwijdig aan de lintvoegen relatief beperkt is, is de vermindering van de buigtreksterkte van geen betekenis. Het aanbrengen van extra spouwankers is niet van toepassing wanneer er tijdens de uitvoering netjes gewerkt wordt en de lintvoegen vol en zat verwerkt worden. Natuurlijk dient dit metselwerk te voldoen aan de eisen die gesteld worden binnen de normering aan verbanden en overlappingslengtes van stenen.

Voor een mooi resultaat moeten diverse factoren goed op elkaar afgestemd worden.

Voor een mooi resultaat moeten diverse factoren goed op elkaar afgestemd worden.

Aanbevelingen

  • Zorg voor een goede combinatie op basis van de eigenschappen van de baksteen, het metselverband, de mortelkleur en de gewenste stootvoegbreedte;
  • Ga uit van de werkelijke afmetingen van de metselbaksteen als de maatvoering gevoelig is voor afwijkingen;
  • Gebruik een donkere mortel voor minder opvallende ‘stootvoegen’;
  • Voeg verdiept;
  • Pas bij voorkeur KOMO-gecertifieerde bakstenen toe;
  • Gebruik een metselbaksteen met een vorstbestandheidsklasse F2;
  • Besteed extra zorg aan goede waterkeringen.

Meer informatie: Download hier de Brochure ontwerprichtlijnen baksteen in buitengevels