Waterdichting kelders complexe problematiek
Het oplossen van vochtproblemen in bestaande kelders vraagt een goed inzicht in de problematiek, de keuze van de juiste producten en een goede verwerking van die producten. Dat bleek tijdens de masterclass ‘kelderafdichtingen-binnenzijde’ bij Kiwitz in Ulft. BouwTotaal nam ook plaats in de ‘schoolbanken’ om te zien hoe een moderne ondernemer zijn klanten informeert over de juiste toepassing van producten.
Tekst en beeld: ing. Frank de Groot
“Het waterdicht maken van een kelder is een complexe opgave. Het betreft meestal kelders in bestaande gebouwen die soms ouder zijn dan honderd jaar. Het is dan lastig om te doorgronden welk schademechanisme heeft geleid tot lekkage en wateroverlast. Ook hier geldt: een goede diagnose is doorslaggevend voor een succesvolle behandeling. Vervolgens dien je met goede producten én vakmanschap de afdichting uit te voeren. Wij zijn overtuigd van de kwaliteit van onze producten, maar dan moet je wel duidelijk maken hoe je die op de juiste wijze verwerkt”, zegt Jan-Paul Kiefmann, die samen met Bas Kiefmann en Hanneke Kiwitz, leiding geeft aan familiebedrijf Kiwitz (1954). Het bedrijf levert tegelzettersproducten, afdichtingsproducten, beton- en morteltechnologie en vloer- en wandproducten.
De Kiwitz groep bestaat uit Kiwitz, JAKI (afdichtingen, betonrenovatie en vloersystemen), Varistone (voegmortels, lijmen en kitten voor tuinen, parken, pleinen en terrassen) en Comfort Company (na-isolatie van woningen) en is actief in heel Nederland.
Waterdicht maken, impregneren, coaten, injecteren, verlijmen, afkitten, reinigen, egaliseren: het is maar een greep uit de toepassingsmogelijkheden van de producten van het Achterhoekse bedrijf. Maar dat zijn dan net wel de toepassingen waar het vaak mis gaat. Kiefmann: “We kunnen er voor kiezen de producten over de toonbank te schuiven met een gebruiksaanwijzing, maar dat keert als een boemerang terug. Wij manifesteren ons daarom als kennispartner voor de uitvoerende partijen. Daartoe organiseren we bijvoorbeeld meerdere keren per jaar gratis trainingsdagen met een combinatie van theorie en praktijk. Vandaag is het de beurt aan de kelderafdichtingen aan de binnenzijde. Met 25 aanmeldingen, zitten we helemaal vol.”
Problematiek kelders
Kelderruimtes hebben tegenwoordig diverse functies. Zo worden kelders bijvoorbeeld als recreatieve ruimte, woonruimte of als kantoor gebruikt. Om een optimaal leefklimaat te krijgen moet de kelder waterdicht worden afgewerkt. Maar vochtproblemen kunnen ook erg hinderlijk zijn in kelders die als opslagruimte worden gebruikt.
Alleen een nieuwe kelder die als verblijfsruimte is bedoeld, moet worden geïsoleerd volgens de eisen van het Bouwbesluit: minimale Rc-waarde 3,5 m2K/W. Een kelder die niet als verblijfsruimte wordt gebruikt, hoeft volgens het Bouwbesluit niet te worden geïsoleerd. Indien men een bestaande kelder als leefruimte wil gebruiken, is ook geen isolatie vereist. Bij nieuwbouw wordt de kelder aan de buitenzijde waterdicht gemaakt met bijvoorbeeld een cementgebonden product of bitumenpasta. Vervolgens worden meestal XPS isolatieplaten volvlaks verlijmd.
Bij bestaande kelders is waterdichting en/of na-isolatie aan de buitenzijde niet aantrekkelijk. De grond rondom de kelder moet dan namelijk ontgraven worden. Dat leidt tot hoge kosten, vooral als de bovengrond is ingericht met tuinbestrating en dergelijke. Bovendien zijn veel kelders qua oppervlak kleiner dan de bovenliggende woning, waardoor een deel van de kelderwanden terugligt onder de woning en dus nauwelijks bereikbaar zijn. Dan resteert alleen een afdichting aan de binnenzijde.
Afdichting binnenzijde
“Een veel voorkomend probleem bij kelders is optrekkend vocht door capillaire werking”, leren we van Jan-Paul Kiefmann, die inmiddels in het trainingscentrum achter het spreekgestoelte heeft plaatsgenomen. Althans, voor even, want hij loopt als een geboren docent heen en weer tussen het grote beeldscherm en de flipover. Ook worden regelmatig vragen uit de zaal beantwoord. “Vocht kan tot circa 1,40 meter boven de hoogste grondwaterstand optrekken in de wanden, vooral bij metselwerk. Door de hogere binnentemperatuur van de kelder diffundeert dit vocht in de ruimte. De hogere vochtigheidsgraad kan leiden tot schimmelvorming. Na herstel kan het wel één tot twee seizoenen duren voordat de wand weer droog is en de schimmel is verdwenen.”
“Maar hoe weet ik nou of er sprake is van optrekkend vocht of een koudebrug”, vraagt een deelnemer. Kiefmann antwoordt: “Je kunt een klein stuk stucwerk verwijderen of een kernboring doen. Als alleen het oppervlak vochtig is, dan is er sprake van een koudebrug. Daarbij condenseert er namelijk vocht aan de binnenzijde op de koudste plek: meestal in de onderste circa 30 cm van de wanden. Ook is er slechts plaatselijk sprake van vochtplekken. Is de wand ook naar binnen toe vochtig, dan is er sprake van optrekkend of doorslaand vocht. Dat is eigenlijk in 80 procent van de gevallen de oorzaak. Daarnaast is de wand vochtig over de hele breedte tot ongeveer dezelfde hoogte.”
Keuze herstelmethode
Na vaststelling van de oorzaak van de vochtproblemen, moet er een keuze worden gemaakt voor de herstelmethode. “Gaat het om een leefruimte of een opslag van een zak aardappelen en twee kratten bier? De kosten voor herstel kunnen namelijk variëren van € 10,-/m2 tot € 350,-/m2. Bedenk ook: je kunt een kelder niet een beetje waterdicht maken! Het is alles of niets! En de verwachtingen van een opdrachtgever zijn ‘alles’”, waarschuwt Kiefmann. Hij verbaast zich erover dat bij nieuwe kelders er onvoldoende wordt nagedacht over de waterdichting: “Het aanbrengen van een cementgebonden of bitumen afdichting aan de buitenzijde kost je € 18,- tot € 28,- per vierkante meter. Dit is een veel duurzamere oplossing en je bent veel goedkoper uit dan achteraf de binnenkant waterdicht maken.”
Waterdoorbraak
We gaan met z’n allen naar buiten om de ergste vorm van wateroverlast te ervaren: een waterdoorbraak. Anders gezegd: het water stroomt letterlijk uit een gat in de wand. Een nachtmerrie voor iedere aannemer en woningbezitter. Maar: er is een oplossing. Buiten staat een stenen bak met een gat in de wand. De bak wordt gevuld met water, waarna het water uit het gat stroomt. Een medewerker van JAKI maakt snel een zogenoemde ‘stopmortel’ aan (Weber.tec 935). Dat is een hydraulisch afbindende mortel, bestaande uit hoogwaardige minerale vezels, chloridevrije minerale vulstoffen en hydraulische bindmiddelen. Hij kneedt de mortel met de handschoenen aan tot een vezelige prop en duwt deze in het gat. Even goed aandrukken met de vlakke hand en tot ieders verbazing blijkt de wand hierna waterdicht. Na enkele minuten voel ik met de hand aan de prop: deze is inmiddels hard en straalt zelfs enige bindingswarmte uit. “De mortel is na enkele seconden al hard. Na afloop moet deze nog wel met een dichtingslaag worden afgewerkt”, aldus Kiefmann.
Optrekkend vocht
Een sluipend fenomeen is optrekkend vocht. Dit is te behandelen door het aanbrengen van een horizontaal vochtscherm in de wand. Kiefmann toont in de trainingsruimte drie methoden:
- 1. Aanbrengen van lood of blik in de lintvoeg. Werkt goed, maar is erg bewerkelijk. Ook kan het intrillen schade veroorzaken, zijn hoekaansluitingen lastig te maken en kan er corrosie optreden door de alkalische omgeving.
- 2. Injectievloeistof drukloos inbrengen. Hierbij worden onder 45° gaten 12 mm geboord in de wand. Hier laat men via open vulkokers injectievloeistof inlopen. Wanneer het vloeistofniveau in de kokers niet meer daalt is de wand verzadigd. Deze methodiek is door doe-het-zelvers uit te voeren, maar werkt niet bij door en door nat metselwerk. De droging duurt vrij lang, er kan sprake zijn van zoutvorming door silikaten en de positie van de horizontale laag in de wand is wat onzeker.
3. Injectievloeistof onder lage druk inbrengen. Deze methodiek geeft geen zoutvorming. Is ook geschikt voor dikke wanden (meer dan 50 cm) en ook natte poriën worden gevuld. Maar ook hier geldt: de droging verloopt langzaam, het is bewerkelijk, er moet onder 45° worden geboord en er is veel injectievloeistof nodig.
Kiefmann wijst op een innovatieve nieuwe vierde methode: “We hebben de injectiecreme / gel Kiwitz ADP 670 ontwikkeld. Nu kun je horizontaal gaten boren in de lintvoeg. Gatdiameters van 12 mm worden h.o.h. 6 tot 8 cm geboord, bij 16 mm is dat h.o.h. 16 cm. Hierna wordt de creme met een handdrukspuit ingebracht. Werkt ook bij nat metselwerk, geeft een goede verdeling en leidt niet tot zoutvorming. Wel is ook hier sprake van een langzame droging: dat kan 48 uur duren. Een tip: boor de gaten op plinthoogte, zodat je er later een plint voor kan zetten.” Voor de afwerking van de wanden na de droging van het vochtscherm zijn er weer diverse opties, zoals een dampregulerende of waterdichte pleister.
Negatieve waterdruk
Een derde situatie waarbij vochtproblemen kunnen ontstaan is zogenoemde negatieve waterdruk. Dit treedt op in gebieden waar de grondwaterstand permanent boven het niveau van de keldervloer staat. Er is daardoor sprake van een permanente waterdruk. Deze vorm van vochtoverlast is te herkennen aan water in de kelder, uitbloeiing van zouten op het muuroppervlak, bruine/witte strepen en/of het loslaten van stuclagen. Het aanbrengen van een vochtscherm moet dan boven de hoogste waterstand plaatsvinden en dat kan dus in het uiterste geval hoog in de kelderwand of zelfs boven de begane grondvloer zijn . Dat betekent ook dat de wand onder het vochtscherm aanvullend waterdicht gemaakt moet worden.
Volgens Kiefmann moet een dergelijke problematiek rigoureus worden aangepakt. De kelderwanden moeten tot op het gezonde beton of metselwerk worden gesloopt. Pleisterwerk, verf, tegels: het moet er allemaal af. Ook de voegmortels moet men tot circa 2 cm diepte uitkrabben/uithakken.
Hierna wordt de wand nog goed schoongeborsteld, zodat alle loszittende delen zijn verwijderd. Eventuele waterdoorbraak kan worden gestopt met stopmortel of snelcement. Vervolgens wordt een dichtingsmortel aangebracht als voorafdichting, met een dikte van 3 tot 6 mm. Als de ondergrond door het sloopwerk erg ruw is geworden kan ook worden gekozen voor een robuuste dichtingsmortel met een laagdikte tot 10 mm. Met zand versneden kun je zelfs 20 mm halen. Na een uur is de mortel droog en kan een definitieve waterdichte mortel worden aangebracht van 3 tot 5 mm. Vervolgens wordt een hechtingslaag aangebracht en de definitieve stuclaag of bijvoorbeeld een minerale toplaag met een fijne korrel. “Op de hechtingslaag vormen zich tijdens de droging kleine druppeltjes. Gewoon uittredend vocht, dat met goed ventileren snel is verdwenen. Aannemers schrikken soms echter: dan denken ze dat de vochtproblemen nog bestaan.”
Certificaat
De afdichting van kelderwanden met permanente waterdruk wordt buiten getoond. Ook hier een gemetselde bak die vol water staat. Alle bewerkingen worden getoond, waarna aan het eind van de dag een keurig afgewerkte ‘kelderwand’ resteert. Grappig te zien dat de meeste aannemers toch ook altijd even willen ‘voelen’ aan de zojuist afgedichte wanden. Aan de opmerkingen te horen wordt de getoonde herstelmethode goedgekeurd, waarna iedereen voor de afsluiting weer naar binnen gaat. Hier krijgt iedere deelnemer zelfs een certificaat van deelname uitgereikt. “Eindelijk een diploma”, wordt er gekscherend geroepen. Met een goed gevoel reist iedereen weer huiswaarts, met de wetenschap dat er nog talrijke kelders afgedicht moeten worden. Maar dan wel goed.
Waarom naar een training?
‘Waarom neemt u deel aan deze training over kelderafdichting binnenzijde?’ Dat was één van de eerste vragen die de 25 deelnemers kregen. De volgende antwoorden werden gegeven:
1. Vergroten van de kennis over vochtproblemen (14 keer).
2. Vergroten van de kennis over water en schimmel.
3. Voorkeur voor stabiel product en stabiele achterban: hoe zit het met garantie en contact met leverancier bij problemen?
4. Enthousiasme over producten en er mee werken.
5. Vergroten kennis over injecteren kelders.
6. Wat zijn nieuwe producten / innovaties?
7. War heeft Kiwitz te bieden?
8. Waar moet ik opletten bij opname van kelder?
Voor meer informatie kijk hier (www.jaki.nl) en hier (www.kiwitz)