Beton heeft de toekomst
Beton is niet meer uit onze samenleving weg te denken. In bijna alle gebouwen, kunstwerken en waterwerken is beton verwerkt. Meestal betreft het dan ook nog beton met een constructieve functie. Maar met ontwikkelingen als woningschaarste, gebrek aan vakmensen, energietransitie, Grondstoffenakkoord en Klimaatakkoord, is het de vraag of beton ook in de toekomst het populairste bouwmateriaal blijft. BouwTotaal vroeg het aan voorzitter Rob van Gijzel en directeur Ron Peters van Betonhuis: “Ja, beton is ook het materiaal van de toekomst.”
Tekst: ing. Frank de Groot
We zitten in het Betonhuis in Woerden. Betonhuis is 1 december 2017 ontstaan door een bundeling van de krachten van diverse toen nog los opererende betonorganisaties. “Door deze krachtenbundeling zijn we een relevante speler geworden in de bouw, waarnaar ook geluisterd wordt. Daarnaast kunnen we door kennisuitwisseling de kwaliteit nog verder verhogen en het imago van beton verbeteren”, opent Rob van Gijzel het gesprek.
Maar wat is dan de kracht van beton? Ron Peters hoeft niet lang na te denken: “Beton is het meest gebruikte materiaal in de bouw met een hoge duurzaamheid en lange levensduur. Het is een materiaal dat eeuwig meegaat, gemaakt met lokale grondstoffen. Het is ook in iedere gewenste vorm te maken. Beton is het cement van de samenleving!” Alleen nog maar beton gebruiken dus? “Nee”, reageren beide heren direct. “Hout, staal en kunststof zijn ook prima materialen, maar zoek altijd naar de optimale combinatie. Kozijnen, ramen en deuren kun je bijvoorbeeld beter van een ander materiaal dan beton maken. In een prefab gevelelement zijn die materialen prima te combineren met bijvoorbeeld een betonnen binnenspouwblad.”
Klimaatneutraal bouwen
De Nederlandse overheid wil klimaatverandering tegengaan en stelt daarom het doel dat Nederland in 2030 49% minder CO2 uitstoot ten opzichte van 1990. Dit is vastgelegd in het Klimaatakkoord, dat op 28 juni werd gepresenteerd. “Wereldwijd wordt de betonindustrie verantwoordelijk gehouden voor 9% van de door mensen veroorzaakte CO2-emissie. In Nederland is dat slechts 3%. Als je bedenkt dat we overal in gebouwen en kunstwerken beton gebruiken, is dat eigenlijk heel weinig”, zegt Rob van Gijzel.
De betonbranche zet vol in op het verder verlagen van de CO2-footprint. Betonfabrikanten met het CSC keurmerk hebben de mogelijkheid om de emissie van de hoeveelheid CO2 structureel te verlagen. Om deze reductiemaatregelen mogelijk te maken, wordt per betonfabriek de gemiddelde CO2-uitstoot gemeten aan de hand van een benchmarkinstrument. Het gebruik van klinkerarme cementen, alternatieve bindmiddelen en de inzet van secundaire grondstoffen zijn andere instrumenten. Maar ook toeslagstoffen, aanvoer van grondstoffen, transport naar de bouwplaats en de energie die nodig is voor de productie van beton, spelen een rol. Peters: “In Nederland wordt relatief veel hoogovencement gebruikt. (Hoogovencement bevat naast klinker ook hoogovenslak, een reststroom die vrijkomt bij de productie van staal).Het bindmiddel in beton is voor een belangrijk deel verantwoordelijk voor de CO2-emissie maar door slimme blends te maken zijn we in staat de CO₂ te reduceren.” Dat komt tot uiting in de emissiefactor van een ton cement. Ons doel is de CO2-emissie van beton te reduceren en het gebruik van CO2-arme bindmiddelen te stimuleren.
Bij hoogbouw zien we al decennialang draagconstructies van beton of een combinatie van staal en beton. Maar de laatste jaren verrijzen er ook hoogbouwprojecten met een draagconstructie van gelamineerd hout en CLT (Cross Laminated Timber, of kruislaaghout). “Hout is een prachtig product, maar voor de verlijming van gelamineerd hout en CLT zijn vaak milieubelastende polymeren nodig. Daarnaast gaat er veel hout verloren na de kap van een boom. Er groeien nu eenmaal geen rechte planken uit de grond. En er gaat een aantal jaar voorbij, voordat een boom optimaal CO2 opneemt. De productie van beton wordt niet beperkt door het tempo van de natuur”, zegt Rob van Gijzel.
Duurzaam bouwen
Zand, grind en cement zijn de hoofdbestanddelen van beton. Zand en grind worden voornamelijk in Nederland gewonnen en zijn ruim voorradig. “Bij de winning is er veel aandacht voor landschapswaarden, waardoor de biodiversiteit na de winning zelfs groter is dan het oorspronkelijke landschap.”, zegt van Gijzel. Het cement wordt verder gemaakt van hoofdzakelijk kalksteen (Portlandcement), dat sneller aangroeit dan dat er kalksteen wordt gewonnen.
“Feitelijk zijn de grondstoffen van beton milieuverantwoord, mits er aandacht is voor landschapsherstel. Daarnaast leent een betonnen constructie zich prima voor natuurinclusief bouwen. Denk aan het toevoegen van vegetatie aan een gebouw, zoals bij groene daken en groene gevels”, merkt Peters op. “Beton heeft verder uitstekende warmte- en koude-accumulerende eigenschappen waardoor je minder hoeft te verwarmen en koelen. Wat dat betreft begrijp ik de differentiatie bij de recente aanscherping van de BENG-eisen niet. Zo is door minister Kajsa Ollongren (BZK, red.) besloten dat de BENG 1 eis voor lichte bouwwijzen wordt gecorrigeerd met 5 kWh/m2.jr. Dat is gedaan omdat bijvoorbeeld houtskeletbouw en staalframebouw anders te veel zouden worden benadeeld, door het ontbreken van accumulerende eigenschappen. Ik vind dat de omgekeerde wereld: zorg dat je goed bouwt met het voor de toepassing meest geschikte materiaal en ga niet allemaal compenserende maatregelen bedenken.”
Naast duurzame grondstoffen, productie en gebruik, is ook de circulariteit van een gebouw van groot belang. “Prefab elementen moeten in een latere fase weer eenvoudig zijn te demonteren en bij voorkeur weer zijn her te gebruiken”, zegt Van Gijzel. Peters vult aan: “Daarbij is ook de circulaire R-ladder van belang: de eerste stap is bouwen voor opeenvolgende functies. De tweede stap is herbruikbaar of demontabel bouwen en de laatste stap is recyclebaar bouwen, eventueel in combinatie met energieterugwinning. Bij recyclebaar bouwen moeten we denken aan het breken van beton tot betongranulaat, bijvoorbeeld als er geen herbestemming voor de betonnen elementen is te vinden. Betongranulaat is dan weer te gebruiken als grindvervanging in beton of als wegfundering.” Van Gijzel vraagt zich hardop af waarom we niet meer beton gebruiken in de wegenbouw: “Waarom geen betonnen wegdek met een asfalt toplaag? Wellicht kun je zelfs betonnen prefab elementen als wegdek gebruiken.”
Industrialisatie
Om de klimaatdoelen voor 2030 te halen, moeten we het tempo van de verduurzaming opvoeren tot meer dan 50.000 bestaande woningen per jaar in 2021. En vóór 2030 moeten we al in een ritme van 200.000 per jaar zitten. Om de vergaande ambities te halen is een verdere industrialisatie van het renovatieproces noodzakelijk. Denk aan het vervangen van de schil van bestaande woningen, door prefab gevels en daken.
Daarnaast is er een toenemend tekort aan vakmensen. Industrieel bouwen maakt de bouw ook aantrekkelijker voor jongeren: denk aan de verdergaande automatisering en robotisering en het werken in geconditioneerde omstandigheden. Verder zijn de faalkosten in de bouw verder terug te dringen, Prefabricage leidt verder vaak tot veel kortere bouwtijden, dus lagere kosten en de veiligheid neemt toe.
Uit onderzoek van Marjet Rutten, aanjager, innovator en marketeer voor de bouw-, installatie- en vastgoedsector, blijkt dat dit jaar één op de zes nieuwbouwwoningen compleet industrieel wordt vervaardigd. Zij becijfert dat in 2019 meer dan 10.000 woningen industrieel worden geproduceerd en dat dit volume in 2021 op ongeveer 25.000 stuks ligt. “We spreken dus van een maatschappelijke opgave, waarbij we veel woningen moeten bouwen of renoveren, met een goede kwaliteit en redelijke prijs. Daarbij moeten we ook rekening houden met milieu, energie en circulair bouwen”, zegt Van Gijzel. Peters vult aan: “Beton is uitermate geschikt voor industrieel bouwen. Het kan fabrieksmatig in iedere vorm worden gegoten en als drager dienen voor andere functies, zoals daglichttoetreding, gevelbekleding, ventilatie en isolatie.”
Volgens van Gijzel kunnen we tot slot veel goedkoper bouwen: “In de Bouwagenda lezen we dat door een slimme aanpak de bouwkosten met 30 procent kunnen reduceren! Daarvan zijn 17% vermijdbare faalkosten, 10 % onnodige kosten door inefficiënt bouwen en 5% extra kosten door uniek bouwen. Als betonbranche hebben we de kennis en capaciteit om hier mede richting aan te geven!”
Betonhuis in het kort
Betonhuis is de branchevereniging van de cement- en betonindustrie. Zeven sectoren, die alle een eigen positie hebben binnen Betonhuis, vormen samen de koepelorganisatie.
Zeven Sectoren
Betonhuis kent de volgende sectoren:
• Bestrating. Betonnen bestratingsproducten. Negen leden.
• Betonmortel. Betonhuis Betonmortel verenigt 120 aangesloten betoncentrales.
• Betonproducenten. Betonproducenten Nederland (BPN) is een product onafhankelijke vereniging van ondernemers in de betonindustrie. Vijftig leden.
• Cement. Betonhuis Cement behartigt de belangen en bundelt de promotieactiviteiten van vier aangesloten cementindustrieën met een commercieel belang op de Nederlandse markt.
• Constructief Prefab. Prefab betonnen elementen. Ruim twintig leden.
• Riolering. Betonnen rioleringen en leidingsystemen. Drie leden.
• Stenen en Blokken. Betonnen metselproducten. Drie leden.
Meer weten? Kijk op www.betonhuis.nl.