Bouwfouten
Niet het beste tegelwerk
Al tijdens de werkzaamheden laten de opdrachtgevers de tegelzetter weten dat zij problemen hebben met de kwaliteit van het tegelwerk. Vooral de vlakheid van het tegelwerk en het verloop van de voegen baart zorgen. Volgens de tegelzetter er is geen reden tot zorgen en ziet alles er na het voegen veel beter uit. Helaas, ook na het voegen is het werk niet naar de verwachtingen van de opdrachtgevers. Er ontstaat al vrij snel een conflictsituatie tussen de tegelzetter en opdrachtgevers, die de facturen niet willen betalen voordat het tegelwerk hersteld is. Na onderzoek, uitgevoerd door het Bureau voor Bouwpathologie BB, blijkt het tegelwerk inderdaad niet goed en moet geheel opnieuw worden uitgevoerd.
Tekst: Jos van Leeuwen
Bureau voor Bouwpathologie BB
Het tegelwerk is onderdeel van een complete renovatie van de woning van de opdrachtgevers. Het tegelwerk omvat de gehele begane grondvloer, badkamer en toilet op de begane grond en de badkamer en het toilet op de verdieping. Op voordracht van de tegelzetter kopen de opdrachtgevers zelf de tegels bij een door de tegelzetter voorgedragen tegelshowroom. De tegelzetter zal zelf de overige materialen leveren. Na de levering van de wand- en vloertegels worden deze door de tegelzetter beoordeeld en goedgekeurd.
Er worden tussen de opdrachtgevers en tegelzetter geen andere afspraken gemaakt dan dat het er netjes moet uitzien: ‘als is het je eigen huis’. Er wordt geen schriftelijke overeenkomst opgemaakt. Alles wordt mondeling afgesproken, zo ook de aanneemsom.
Problematiek
In het begin constateren de opdrachtgevers tevreden dat de verdeling van de wandtegels naar verwachting gebeurt. Het werk ziet er op het eerste oog netjes uit. Maar wanneer zij het werk van dichterbij bekijken zien ze beschadigde tegels en in breedte verlopende voegen. Ook is het tegelwerk niet overal waterpas uitgevoerd en is het zeker niet vlak en strak te noemen. Dit geldt tevens voor het vloertegelwerk dat niet vlak en strak is uitgevoerd. Het vloertegelwerk klinkt op veel plaatsen hol, waardoor de opdrachtgevers vermoeden dat de vloertegels niet overal goed verkleefd zijn met de ondergrond. Er zijn een tweetal gesprekken tussen de opdrachtgevers en de tegelzetter gevoerd, maar beide partijen beseffen dat zij er niet uit gaan komen. Een derde partij moet dan maar een oordeel vellen.
De opdrachtgevers stellen dat het een onafhankelijke partij moet zijn die geen binding heeft met de tegelzetbranche. De tegelzetter gaat daarmee akkoord en stelt dat het onderzoek dan maar een bindend advies moet zijn. Beide partijen worden het eens over hetgeen onderzocht moet worden. Om een onafhankelijk onderzoek en advies omtrent het geleverde tegelwerk te krijgen, is het Bureau voor Bouwpathologie BB in de arm genomen. De Bouwpatholoog is de zaak ter plaatse en aan de hand van interviews, waarnemingen, metingen en tests gaan onderzoeken.
Onderzoek
De tegelwerkproblematiek is voorafgaande aan het onderzoek met de opdrachtgevers en de tegelzetter besproken. Hierbij is het hierboven geschreven verhaal op tafel gekomen. Al snel is het de bouwpatholoog duidelijk geworden dat beide partijen veel spijt hebben van het feit dat er geen schriftelijke aanneemovereenkomst is opgesteld. Het gesprek is al snel verzand in de hem bekende welles, nietes discussie.
Omdat er geen andere kwaliteitseisen zijn overeengekomen dan ‘als is het je eigen huis’, geeft de bouwpatholoog aan dat hij het geleverde werk aan de hand van goed en deugdelijk werk zal moeten beoordelen. Na dit gesprek gaat de bouwpatholoog het geleverde werk beoordelen.
Op de begane grond zou op meerdere plaatsen het vloertegelwerk holklinkend zijn. Om dit vast te stellen laat de Bouwpatholoog een grote knikker over de vloer rollen. Al snel wordt duidelijk dat 50 tot 70 % van de vloer een ‘heldere’ klank geeft, terwijl het overige vloer gedeelte een ‘doffere’ klank laat horen. De conclusie van de bouwpatholoog is dan ook dat meer dan de helft van de vloertegels niet verkleefd ligt op de ondergrond.
Vervolgens beoordeelt hij het wandtegelwerk in de badkamer en het toilet. Daar constateert hij meerdere gebreken. Zo zijn er meerdere tegels die beschadigingen aan de randen/ hoeken tonen, maar ook tegels met schade van waarschijnlijk een slijpschijf of tegelzaag. Daarnaast is op meerdere plaatsen zichtbaar en duidelijk voelbaar dat wandtegels niet vlak en strak zijn verkleefd. Onderling verschillen de tegels soms wel 2 millimeter. Ook is bij kozijnen goed zichtbaar dat het tegelwerk niet waterpas is opgezet. Middels een waterpassing wordt ook vastgesteld dat de inloopdouche ruimten geen afschot richting de draingoten kennen, waardoor douchewater door de hele badkamer loopt.
Conclusie
De bouwpatholoog geeft aan dat zowel het vloertegelwerk als het wandtegelwerk niet aan goed en deugdelijk werk voldoet. Het is niet waterpas, de voegen verschillen/verlopen te veel in de breedte, de tegels wisselen onderling te veel en de vloertegels op de begane grond liggen voor een groot gedeelte los.
De opdrachtgevers voelen zich hierdoor gesterkt in hun stelling en willen nu harde garanties van de tegelzetter. De tegelzetter reageert door te stellen dat het allemaal wel meevalt. De tegelzetter voert als verweer aan dat hij het erg druk had en er veel druk op de opleveringsdatum stond. Om die reden heeft hij collega tegelzetters ingehuurd om hem te helpen: ‘dan kan je niet alles controleren’.
De bouwpatholoog herinnert de beide partijen eraan dat het een bindend advies betreft en beide partijen zich dus conformeren naan het herstel zoals in de nog op te maken rapportage wordt aangegeven. Om de gemoederen niet nog hoger op te voeren besluit de bouwpatholoog om het herstel voor zich te houden en niet zoals gebruikelijk ter plaatse met partijen te delen. Wanneer de rapportage is opgemaakt zal deze tegelijkertijd aan beide partijen toegestuurd worden.
Herstel
De holklinkende vloertegels duiden op onthechting tussen de vloertegel en de ondergrond. Gezien het grote oppervlak van holklinkende vloertegels moet de gehele begane grondvloer opnieuw gelegd worden. Bij het opnieuw leggen van de vloertegels kan dan ook voldoende aandacht gegeven worden aan het afschot ter plaatse van de inloopdoucheruimten.
Voor het gehele wandtegelwerk geldt dat er veel mis is gegaan met de maatvoering en de vlakheid van het tegelwerk, dit in combinatie met de hoeveelheid beschadigde wandtegels. Het enige herstel is ook hier: alles opnieuw.
Dit is een zeer ingrijpend herstel. Maar wanneer overgegaan zou worden naar plaatselijk herstel, zou weinig van het huidige werk kunnen blijven zitten/ liggen. Uit ervaring blijkt dat bij plaatselijk herstel de beoogde omvang van het herstel in werkelijkheid groter uitval, omdat nieuwe beschadigingen ontstaan of nog meer tegels loskomen.