Bouwfouten
Duurzame woning met hoog gasverbruik
Een ouder stel koopt in een landelijk gelegen dorp een mooi appartement. Het appartement op een tussenverdieping heeft een gebalanceerd ventilatiesysteem met warmteterugwinning. De hele woning is voorzien van vloerverwarming. De gasrekening is echter hoog en de temperatuur in de woon- en slaapkamer is slecht regelbaar. Het wordt erg warm in de woonkamer én in de slaapkamer.
Tekst: Dick Verburg
Bureau voor Bouwpathologie BB
De vloerverwarming heeft maar liefst acht groepen, die zijn aangelegd met individuele velden en drie afzonderlijke ruimtethermostaten. De gasrekening blijkt minder comfortabel dan je op basis van deze uitrusting zou verwachten. Jaarlijks wordt ongeveer 950 m3 gas afgerekend. Vreemd genoeg hebben de buren voldoende aan 230 m3 gas per jaar. Het grootste probleem is dat de temperatuur in de woon- en slaapkamer slecht regelbaar is en het erg warm wordt. De installateur probeert meerdere keren het systeem optimaal in te regelen, maar helaas zonder het gewenste resultaat. De hoofdaannemer besluit Bureau voor Bouwpathologie in te schakelen om de oorzaak van het probleem te onderzoeken en een advies uit te brengen.
Onderzoek
Uit de ontwerptekeningen blijkt dat de groepen van de vloerverwarming zoals gebruikelijk via de hal naar de betreffende ruimten lopen (afbeelding 1). Daarbij passeren ze de woonkamer. Vervolgens wordt begin juni een inspectie ter plaatse uitgevoerd. Er is dan geen warmtevraag in de woonkamer. Met een warmtebeeldcamera wordt de vloerverwarming onderzocht. Daarbij blijkt dat één strook van de vloer in de hal en woonkamer behoorlijk warm is (afbeeldingen 2 en 3). Met de warmtebeeldcamera wordt de warme strook gevolgd en deze blijkt ook door te lopen tot in de badkamer.
In de badkamer blijkt de ruimtethermostaat vrij hoog ingesteld te zijn. De vloer heeft een temperatuur van ongeveer 24 á 25 graden Celsius (afbeelding 4). De bewoners lichten toe dat deze ruimtethermostaat hoger staat omdat het erg vervelend is om ’s morgens vroeg of ’s avonds op een koude badkamervloer te stappen. Desgevraagd vertellen de aannemer en de installateur dat de vloerverwarming van de gehele woning op een isolatieplaat is gelegd. Alleen bij de badkamer is dat niet gebeurd in verband met het daartoe te passen tegelwerk.
De warme strook in de vloer van de slaapkamer is verder vrij breed (afbeeldingen 5 en 6). De installateur vertelt dat dat komt omdat volgens de warmteverliesberekening één groep onvoldoende zou zijn om de slaapkamer te verwarmen. Rekentechnisch mag de groep uit de badkamer dan deels in de slaapkamer gelegd worden om het tekort aan te vullen. Daar is gebruik van gemaakt en dus wordt de slaapkamer mee-verwarmd als er warmtevraag in de badkamer is.
Analyse
Wat gebeurt hier? Doordat de ruimtethermostaat in de badkamer continue warmte vraagt zijn de bijbehorende aanvoer en retourleiding ook continue warm. Deze verwarmen de hal, woonkamer en slaapkamer, ook als daar geen warmtevraag is. Omdat de cementdekvloer in de badkamer, anders dan in de rest van de woning, direct op de betonnen vloer is aangebracht gaat ook warmte verloren naar de vloerconstructie. De onderburen zullen daar in de koudere perioden zeker van profiteren.
Daarnaast verdwijnt de warmte in de badkamer ook door het afzuigventiel van het WTW-ventilatiesysteem. Deze warmte wordt overgedragen aan de instromende ventilatielucht en zo verspreid over de hele woning. Ook dit leidt weer tot een temperatuurverhoging in de woonkamer en de slaapkamers. Feitelijk vervult de vloerverwarming in de badkamer op deze manier de rol van plafondverwarming voor de onderburen en in combinatie met het WTW-systeem als luchtverwarming voor de eigen woning. Dat is natuurlijk allemaal erg inefficiënt, maar hoe voorkom je dat als je wel op een verwarmde badkamervloer wil staan?
Oplossing
De oplossing is gevonden door de handgeregelde ruimtethermostaat in de badkamer te vervangen door een programmeerbare ruimtethermostaat. De grootste gedeelten van de dag worden de vloeroppervlakken in de hal woonkamer en slaapkamer dan niet meer verwarmd en vindt ook geen indirecte verwarming meer plaats via het WTW-ventilatiesysteem. De temperatuur in de woning is beter te reguleren en de energierekening gaat omlaag. Daarnaast wordt geadviseerd de zomerstand van de WTW-installatie te gaan gebruiken zodat geen warmteoverdracht meer plaats vindt van de retour naar de aanvoer van de WTW-installatie.
Leermomenten
Uit deze casus is een aantal leermomenten af te leiden. Er zijn traditionele keuzes gemaakt die niet per sé nodig waren. Zo is de cementdekvloer in de badkamer niet thermisch gescheiden van de constructieve vloer. Op zich begrijpelijk, maar niet per sé nodig. Het is goed mogelijk om een cementdekvloer met daarop vloertegelwerk te realiseren op een dunne isolatieplaat met een harde persing.
Een tweede traditionele keuze is om de aanvoer en retourslangen van de cv door de hal van de woning aan te leggen. Dat is ook niet nodig in een nieuwbouwsituatie waar de binnenwanden doorgaans óp de cementdekvloer worden gelegd. In dit geval hadden deze leidingen circa 9 meter korter kunnen zijn indien het kortste parcours zou gekozen in plaats van het traditionele parcours.
Een derde traditionele keuze is om de vloerverwarmingsgroep van de badkamer uit te breiden naar de slaapkamer om daar de vereiste verwarmingscapaciteit te bereiken. Rekentechnisch kan dat allemaal. Wat rekentechnisch mag is praktisch echter niet per sé een goed idee.
Het laatste leermoment is voor de gebruiker en indirect toch ook voor de aannemers: voor de gebruiker geldt dat je woning dan wel heel duurzaam kan zijn, als je tot in juni de hele dag de verwarming aanzet is dat een traditioneel denkpatroon. Wie minder energie wil gebruiken moet ook met de modernste technieken heel bewust omgaan. Indirect zit hier ook een leermoment voor de aannemerij: een tevreden klant is een klant die goed geïnformeerd is. Want alleen als je begrijpt hoe je installatie werkt ben je in staat om deze efficiënt te gebruiken.