Bouwkosten

Artikel delen

Gietmortel dekvloer met wapeningsplaten aanbrengen op bestaande ondergrond

Voor het aanbrengen van een harde of zachte vloerafwerking op een bestaande houten vloer, kan men bij verbouw of renovatie geprofileerde stalen wapeningsplaten toepassen. Met een krimparme gietmortel kan vervolgens de gewenste cementdek afwerkvloer worden gerealiseerd.

Door www.casadata.nl

Op bestaande houten of andersoortige ondergronden zijn dunne, lichtgewicht gietvloeren te realiseren met Lewis Max 4 FS geprofileerde stalen wapeningsplaten. Deze speciale wapeningsplaten zijn verkrijgbaar in een 10 mm en een 20 mm hoge variant. Hiermee is het mogelijk een 15 mm of 25 mm gewapende dekvloer van circa 32 of 50 kg/m2 te creëren. In beide typen platen is vloerverwarming te integreren.

Met deze dekvloer kan op een bestaande houten vloer vrijwel elke gewenste harde of zachte vloerbedekking worden aangebracht. De staalplaten zijn 0,5 mm dik, wegen 5,4 kg per m2 en hebben een afmeting van 1.130 x 495 mm en een werkende lengte en breedte van 1.080 x 480 mm.

Aanbrengen wapeningsplaten

Het monteren van deze wapeningsplaten is vrij eenvoudig, omdat de platen met een liplas met elkaar zijn te verbinden. Door het plat slaan van een aantal buiglippen op de platen ontstaat een blijvende onderlinge verbinding. Men kan de platen eenvoudig op maat maken met een haakse slijper met doorslijpschijf voor staal. De houten of betonnen ondervloer moet bezemschoon zijn.

Op houten vloeren moet eerst een waterkerende bouwfolie of geluidsisolerende ondervloerworden aangebracht. De naden worden gedicht met tape. Tegen de muur en eventueel overig opgaand werk worden kantstroken geplaatst.

Bij het leggen van de platen moet de onderplaat met de buiglippen steeds naar boven wijzen. De platen worden onderling met elkaar verbonden middels een liplas. 9 buiglippen in de lengterichting en 3 buiglippen in de breedterichting van de plaat, vallen bij de verbinding exact in de verbindingsgaten. De platen mogen bij de montage nooit geforceerd worden. Het is raadzaam om de overlap of liplas af te zagen van de eerste rij platen, die op de wand of muur aansluit. Nadat het vloerveld met de platen is vol gelegd, worden de buiglippen platgeslagen. Hierdoor ontstaat er een blijvende verbinding tussen de platen.

De platen kan men afwerken met een cementgebonden of gipsgebonden gietvloermortel. Bij vloeren in natte ruimten, zoals badkamer of toilet, is het raadzaam om een cementgebonden gietvloermortel toe te passen. Bij het mengen, gieten en uitvlakken van de gietvloer moet men er rekening mee houden, dat een optimale vulling van de wapeningsplaten van essentieel belang is om de gewenste sterkte en afwerkingskwaliteit te bereiken. Nadat de gegoten vloer voldoende is gedroogd en uitgehard is de gegoten vloer pas te belopen. Zodra de vloer beloopbaar is, kunnen de boven de vloer uitstekende delen van de kantstroken afgesneden worden. Na voldoende droging kan de gietvloer worden afgewerkt met harde of zachte vloerbedekking.

Geluid isolatie

Bij het zwevend toepassen van een Max 4 vloer worden de geluidisolerende prestaties van een houten vloer aanzienlijk verbeterd. Als akoestisch isolerend oplegmateriaal wordt Fonofive onder de wapeningsplaten toegepast. Fonofive bestaat uit een akoestisch isolerende laag van circa 1,5 mm met een 4,5 mm dikke onderzijde van nonwoven polyester. Een zwevend opgelegde Max 4 vloer op Fonofive levert op een houten vloer een reductie van circa 20 dB van het contactgeluid op.

Kostengegevens handmatig sloopwerk muren en wanden

In de kostenberekeningen is uitgegaan van een bestaande situatie, waarin men op een bestaande ondergrond een krimparme gietmortel dekvloer aanbrengt met Lewis wapeningsplaten, Max 4 FS 10 of 20. De ruimte moet goed bereikbaar en voldoende ontruimd zijn voor een ongestoorde voortgang van de werkzaamheden. De directe kosten zijn exclusief specifieke toeslagstoffen, vloerverwarming, bouwplaatskosten en kosten beschermende maatregelen.

Bij de directe kosten is gerekend met loonkosten van € 42,12 per uur zonder opslag voor de bouwplaatskosten, algemene bedrijfskosten en winst en risico. De bedrijfskosten en marge zijn gebaseerd op 17% toeslag op de directe kosten, dat bestaat uit 8% voor algemene bedrijfskosten, 5% voor winst en 3% voor risico. De berekeningsformule luidt: 1,08 x 1,05 x 1,03 = 1,168 afgerond op 17%.

Het regionale kostenniveau betreft de regio Oost Gelderland (postcode 7000 – 7100). Op casadata.nl ziet men het kostenniveau van de eigen regio door het opgeven van de postcode.

Download hier de kostentabel in excel

BouwTotaal