Bouwfouten
Bouwgebreken: geveldrager verzakt?
Mensen verwachten tegenwoordig bij het kopen van een nieuwbouwwoning een perfecte woning zonder enige problemen. Want, zo denkt men, er zijn tegenwoordig zulke strenge regels! Blijkbaar heeft men een ideaalbeeld van de bouw, waarin alles uitgedacht en geperfectioneerd is.
Ir. Gerton van Middendorp
Bureau voor Bouwpathologie BB
Een goede aannemer behoedt de naïeve koper voor tegenvallers en adviseert hem. Bouwvocht, krimpnaden, gewenningsverschijnselen bij een warmte- en koude-opslagsysteem en mogelijke gevolgen van doorbuigende verdiepingsvloeren zijn zomaar een aantal onderdelen waarover vooraf gewaarschuwd kan worden.
Wat nou als het metselwerk in de achtergevel (ineens) lijkt te verspringen? Zakt de aanbouw dan of is er iets anders aan de hand? Ook zijn er rondom de pui scheuren zichtbaar: is de constructie dan wel goed? Dit soort vragen kan een aannemer verwachten als de woning één à twee jaar oud is. Ook Bureau voor Bouwpathologie komt dergelijke situaties tegen.
Situatie
De betreffende nieuwbouwwoning is voorzien van een aanbouw met openslaande deuren. In de achtergevel van de aanbouw bevindt zich metselwerk dat boven de pui op een geveldrager is aangebracht. Zoals het woord zelf al doet vermoeden draagt een geveldrager de gevel, tenminste, het buitenspouwblad dan. Het is eigenlijk een stalen hoeklijn-profiel dat gekoppeld is aan de achterliggende constructie. In dit geval is het de kanaalplaten dakvloer van de aanbouw. Ook is er een zonnescherm aangebracht boven de pui (foto 1).
Het metselwerk boven de openslaande deuren of een schuifpui mag niet te rusten op het kozijn zelf. Aangezien openslaande deuren en schuifpuien een aanzienlijke gevelopening nodig hebben, kunnen normale stalen hoeklijn-profielen (lateien) deze lengte niet meer overbruggen en zijn extra bevestigingspunten noodzakelijk.
Het metselwerk dat op de geveldrager is aangebracht, is aan beide zijden gescheiden van naastgelegen metselwerk door middel van een dilatatie. Dit is een verticale open voeg over meerdere lagen metselwerk. Bij deze dilatatie is aan beide zijden een verschil in voeghoogte zichtbaar (foto 2). Hierdoor vermoeden de bewoners dat er sprake is van een verzakking van de pui. Ook blijkt de daktrim door dit hoogteverschil niet helemaal waterpas te zijn (foto 3).
Onderzoek
In het metselwerk bevinden zich diverse open stootvoegen om de spouw te ventileren en/of om vocht uit de spouw af te voeren. Middels een endoscoop is de spouw ter plaatse van de open stootvoegen geïnspecteerd. Hierbij zijn diverse spouwankers waargenomen, dus het metselwerk is wel degelijk gekoppeld aan achterliggende constructie. Tevens is er met een rubber hamer op het metselwerk geslagen. Met de andere hand is elders op het metselwerk gevoeld in hoeverre het metselwerk de trilling doorgeeft. In onderhavige situatie bleken er voldoende spouwankers aanwezig te zijn en hoefde men geen zorgen te maken over loskomend metselwerk.
Op basis van een foto van de bewoners bleek dat de voegen van het metselwerk vlak na de bouw ook al versprongen, loos alarm dus! Bij de opname bleek de geveldrager ook niet op het kozijn te rusten, dus waarschijnlijk was er geen sprake van een verzakte geveldrager.
Slordig werk
Toch is het niet netjes. Waarschijnlijk is er bij het stellen op hoogte geen rekening gehouden met het feit dat het metselwerk direct op de geveldrager wordt aangebracht, dus zonder een voeg eronder. Tevens zal de geveldrager ook nog altijd zakken na de oplevering omdat de doorbuiging van de kanaalplaatvloer niet definitief is. Het doorbuigen van een dergelijke vloer duurt namelijk lang. Deze factoren samen zorgen al gauw voor een halve centimeter verschil ten opzichte van naastgelegen metselwerk.
Het doorbuigen van de dakvloer kan tevens ook nog verergeren bij hevige regenval. Ook als er voldoende afschot is op het dak, zijn er momenten dat de afvoerpijpen onvoldoende capaciteit hebben om al het water af te kunnen voeren. Dit heeft dan plasvorming op het dak als gevolg. Als dit langere tijd het geval is, zal ook dit bijdragen aan de doorbuiging van de dakvloer.
Herstel
Aangezien er eigenlijk geen sprake is van een technisch gebrek, is er geen herstel noodzakelijk. Bij de bevestiging van het zonnescherm zijn geen scheuren of andere gebreken aangetroffen, maar er zijn geen constructieve maatregelen getroffen voor de bevestiging ervan. Mogelijk is het standaard aantal spouwankers voldoende, maar het is eigenlijk altijd noodzakelijk om dit middels een constructieberekening vast te leggen / aan te tonen. Met het opwaaien van een uitval zonnescherm komt er veel kracht op de gevel te staan. Dit is per situatie en zonnescherm verschillend, dus hierover kan geen standaard herstel worden omschreven. Een constructieberekening geeft hier uitsluitsel over.
Is er sprake van een woning waarbij de geveldrager wel op het kozijn rust? Dan hoeft er ook niet noodzakelijkerwijs herstel uitgevoerd te worden, maar kozijnen zijn tegenwoordig niet dragend. Mogelijke schade die hierdoor kan optreden is een gebarsten ruit, een klemmende deur of een klemmend raam. Als er geen sprake is van schade, kan het lang goed gaan. Zeker bij houten kozijnen zal er niet (direct) sprake zijn van schade.
Als er toch schade optreedt, is het wel noodzakelijk om de bevestiging van de geveldrager te controleren of de hoogte opnieuw te stellen. Hiervoor moet wel het metselwerk verwijderd worden. Het is dus wel een ingrijpend herstel. Ook de dakbedekking zal ingesneden moeten worden. Tenminste, als het een aanbouw betreft met kanaalplaten als dakconstructie. In dat geval zijn de geveldragers namelijk bovenop de betonvloer vastgemaakt. Bij andere constructies kan er soms ook volstaan worden met een bevestiging aan de zijkant. Omdat de controle en/of het herstel zo ingrijpend is, is dit alles niet aan te raden als er geen sprake is van schade.