Vóór 2050 260.000 panden aansluiten op warmtenet
Een toolbox voor makelaars die op eenvoudige wijze inzicht geeft in de mogelijkheden om vastgoed van het gas te halen en te verduurzamen. Of een landelijk opererende belegger die grootschalig aan de slag gaat met het aardgasvrij en energieneutraal maken van zowel woningen als commercieel vastgoed. Het zijn slechts twee van de in totaal 49 deals uit het Rotterdamse Klimaatakkoord dat vrijdag 22 november werd gepresenteerd.
Klimaattafel Gebouwde Omgeving Rotterdams Klimaatakkoord
Tekst: Gert Jan Kleefmann, Leene Communicatie
Het doel van het Rotterdamse Klimaatakkoord: in aanvulling op gemeentelijk, nationaal en Europees beleid flinke stappen zetten naar een klimaatneutraal Rotterdam in 2050. Wat gebeurt er op het gebied van de gebouwde omgeving? Een gesprek met Alex Moret, voorzitter van de klimaattafel ‘Gebouwde Omgeving’ en Frans Desloover, directeur-bestuurder van woningcorporatie Ressort Wonen in Rozenburg.
Enorme opgave
De Rotterdamse opgave voor de gebouwde omgeving is enorm. Een gigantisch aantal woningen en kantoren – 260.000 eenheden – moet voor 2050 van het gas af. Dat is 80% van het aantal eenheden dat Rotterdam rijk is. 20% heeft al een aansluiting op het warmtenet. Ook voor de nog gasvrij te maken woningen is de insteek aan de klimaattafel Gebouwde Omgeving geweest: ‘stadsverwarming tenzij’. Alex Moret, gepokt en gemazeld in de wereld van vastgoed en gebiedsontwikkeling, ging vanaf mei aan de slag als onafhankelijk voorzitter van die klimaattafel: “Allerlei onderzoek toont aan dat de omschakeling naar een warmtenet de minste maatschappelijke kosten met zich meebrengt bij het gasvrij maken van de wijken.” Vertrekpunt voor Moret waren de doelstellingen die de huidige Rotterdamse coalitie heeft geformuleerd: beginnen met het verduurzamen van 15.000 woningen en het aardgasvrij maken van 10.000 woningen. De gemeente heeft daarvoor vijf gebieden gekozen – IJsselmonde Ryeroord, Pendrecht, Bospolder-Tussendijken, Prinsenland en Rozenburg – die als ‘startmotor’ moeten fungeren in de transitie van de gebouwde omgeving.
Doelstelling binnen bereik
“Doel was om zoveel mogelijk partijen mee te krijgen met het aansluiten van vastgoed op stadsverwarming”, vertelt Moret. “En met de deals die aan de klimaattafel gesloten zijn, lijkt de doelstelling – 15.000 woningen duurzaam en 10.000 aardgasvrij – ook echt binnen bereik. Dat is een resultaat waar een heleboel partijen hun nek voor hebben uitgestoken, zeker gezien alle onzekerheden die er nog zijn op dit gebied. Er is bijvoorbeeld nog geen Warmtewet. En ook is nog niet helemaal helder welke tarieven er worden gerekend. Ondanks die onzekerheden is een groot aantal partijen toch bereid om zich te committeren aan het zetten van een eerste stap. In die zin is het echt een Rotterdamse aanpak: geen woorden maar daden. ‘We kijken waar we kunnen beginnen en we gaan aan de slag!”
Voor dat resultaat heeft Moret twee sporen bewandeld: “Ik ben én in gesprek gegaan met de grote vastgoedeigenaren die een dominante positie hebben in de stad. Zij vertegenwoordigen het grootste volume. Én ik heb een groot aantal Rotterdammers aan tafel uitgenodigd – ondernemers, burgers, VVE’s – die zeer gedreven allerlei initiatieven ontplooien op het gebied van duurzamer wonen en leven.”
Deals vormen vliegwiel
In totaal heeft Moret twaalf afspraken gemaakt. “Zowel met de kleinere woningcorporaties, als met grotere zoals Havensteder, Woonbron en Woonstad. In die afspraken staat welke gebieden zij op korte termijn samen met de gemeente aardgasvrij willen maken. Het mooie van die deals is dat ze kwantificeerbaar zijn. Er staan aantallen woningen in en daar is een planning aan gekoppeld en de deals maken ook duidelijk dat de plannen gedekt worden in de investeringsbegroting van de verschillende partijen.” Behalve met woningcorporaties heeft Moret ook deals kunnen sluiten met beleggers. “Denk bijvoorbeeld aan Manhave, Bouwinvest en Vesteda. Niet alleen halen zij woningen van het gas af, maar ook een behoorlijke oppervlakte commercieel vastgoed; zo’n 80.000 m2. Hoewel ik niet met alle beleggers afspraken heb kunnen maken, broeit er veel in die wereld. Naar mijn idee is het dan ook slechts een kwestie van tijd dat ook de andere partijen mee gaan doen. De afspraken die ik nu heb gemaakt, kunnen in ieder geval dienen als vliegwiel om die wereld nog meer in beweging te zetten.”
Gedreven Rotterdammers
Naast het spoor om het grote volume te mobiliseren, is er een deal gesloten met ‘de gedreven’ Rotterdammer. Moret licht toe: “Dan gaat het bijvoorbeeld om een groep bewoners in de Alexanderpolder die een eigen energieorganisatie wil opstarten. Of een groep bouwkundigen en architecten – Archiklas – die een heel lesprogramma heeft ontwikkeld om kinderen het belang van verduurzaming mee te geven. Wijkenergiewerkt is ook zo’n initiatief: bewoners helpen wijkgenoten bij het nemen van maatregelen om hun woning te verduurzamen. Om dergelijke initiatieven te stimuleren, creëren we samen met de gemeente een overlegplatform met een digitale plek voor het uitwisselen van ideeën en kennis op het gebied van onder meer verduurzaming, schone energie, en circulariteit. Het idee achter deze deal is overigens dat er niet alleen kennisuitwisseling plaatsvindt, maar dat de initiatieven ook meer beleidsinvloed krijgen. Naar mijn idee is dit maar het topje van de ijsberg. Hopelijk zullen deze initiatieven leiden tot een sneeuwbaleffect en daarmee tot opschaling en versnelling van de transitie.”
Aansluiting warmtenet maakt energie betaalbaar
Een van de vastgoedeigenaren waarmee een deal gesloten is, is Ressort Wonen. Deze woningcorporatie uit Rozenburg gaat het hele bezit – 2.300 woningen – gefaseerd aansluiten op het warmtenet. Directeur-bestuurder Frans Desloover: “De belangrijkste motivatie voor ons is, dat een aansluiting op het restwarmtenet bijdraagt aan de betaalbaarheid van de energielasten van onze huurders.” Bronnen van de restwarmte zijn de afvalverwerking Rijnmond die naast het dorp Rozenburg ligt en de havenindustrie, in feite ook om de hoek. Desloover: “Voor dat warmtenet moet overigens nog wel de schop de grond in, maar de pijp die moet worden aangelegd is maar kort. Momenteel onderzoeken we samen met de gemeente Rotterdam en met het Warmtebedrijf Rotterdam hoe de business case eruitziet voor het aansluiten van de eerste woningen uit onze voorraad.”
Afgezien van een betere betaalbaarheid van de energierekening, zijn er in Rozenburg nog meer gunstige omstandigheden om met het warmtenet aan de slag te gaan, maakt Desloover duidelijk: “Een deel van de ondergrond gaat op de schop omdat de riolering moet worden vervangen. Daar kun je dan direct mooi gebruik van maken. Daarnaast bestaat een deel van de woningen waar we mee willen starten uit flats met blokverwarming. Daar is een aansluiting op het restwarmtenet natuurlijk eenvoudiger te realiseren dan wanneer je individuele woningen moet aanpakken.”
Draagvlak voor maatregelen
Resort Wonen is al langere tijd bezig met verduurzamen van het woningbezit. “Dat betekent onder meer dat we de woningen isoleren en ‘koken op gas’ vervangen door een elektrisch systeem, wanneer een woning bij een verhuizing vrijkomt. Bovendien bieden we de bewoners aan om zonnepanelen voor het opwekken van elektriciteit en zonneboilers ten behoeve van warm tapwater te installeren. Daar hebben we in verschillende projecten al veel ervaring mee opgedaan. Iedereen doet mee. Dat is een groot succes. Niet in de laatste plaats omdat we de garantie geven dat het de woonlasten van de bewoners omlaag brengt. Daarmee creëren we veel draagvlak. We hebben er alle vertrouwen in dat dat ook lukt wanneer we aan de slag gaan met restwarmte; ook dat heeft een gunstig effect op de woonlasten van onze huurders.”
De inspanningen van Ressort Wonen blijven overigens niet beperkt tot de eigen woningen. “We willen ook trekker zijn om particuliere woningen die in een VVE verenigd zijn, en waar wij bezit in hebben, aan het warmtenet te krijgen. Ook dat hebben we in de deal vastgelegd.”
Gigantische operatie staat voor de deur
Alle deals die gesloten zijn, maken duidelijk dat Rotterdam een gigantische operatie tegemoet gaat, waar een enorme hoeveelheid werk mee gemoeid is. Moret: “De aanpak in de vijf gebieden waar de transitie in eerste instantie op focust, moet lessen en leerervaring opleveren waar we in de rest van de stad vervolgens de vruchten van kunnen plukken. In de periode na 2025 zullen er zo’n 8000 woningen per jaar van het gas af moeten. Dat is alleen haalbaar als we tot standaardisatie komen. Want straks moeten er heel veel schoppen tegelijkertijd de grond in.”
49 deals aan vijf klimaattafels
De 49 deals die in het Rotterdamse Klimaatakkoord zijn aan vijf verschillende klimaattafels tot stand gekomen: Haven en Industrie, Mobiliteit, Schone Energie, Gebouwde Omgeving en Consumptie. Sinds mei heeft een veelheid aan bedrijven – groot en klein – startups, maatschappelijke organisaties en bewonersinitiatieven aan deze tafels gewerkt aan plannen om de uitstoot van CO2 in Rotterdam fors terug te dringen. De deals die in het Klimaatakkoord zijn opgenomen dragen bij aan het verwezenlijken van de Rotterdamse ambitie. Voor de gebouwde omgeving betekent dit dat voor 2050 zo’n 260.000 panden van het gas af moeten en een aansluiting moeten krijgen op het warmtenet.