Snel gebouwd

Innovatie & Inspiratie
Artikel delen

Aandeel industriële woningbouwproductie blijft stijgen

Vorig jaar zijn een kleine 9.000 van de bijna 71.000 nieuwbouwwoningen industrieel vervaardigd. Dat betekent dat één op de acht woningen inmiddels ‘uit de fabriek komt’. Dit is nog los van de grote hoeveelheid prefab bouwdelen dat op de bouwplaats wordt toegepast. Dat meldt bouwinnovator Marjet Rutten in een artikel op LinkedIn.

Volker Wessels hoopt in 2021 met MorgenWonen op te schalen. Zij willen de stap nemen van een tweede naar een derde productielijn, maar dat vereist wel continuïteit.

‘Gehoord de beraadslaging, constaterende dat er met de energietransitie een grote opgave ligt voor woningcorporaties als aanjagers van de verduurzaming van woningen; overwegende dat de productiecapaciteit op dit moment onvoldoende is om het afgesproken aantal corporatiewoningen te verduurzamen; overwegende dat innovatie van groot belang is om de benodigde versnelling te bereiken en dat prefab bouwvormen hierin een oplossing kunnen bieden; verzoekt de regering, in overleg met woningcorporaties en de bouwsector te komen tot proeftuinen voor innovatie en een impuls voor prefab’, aldus de motie van de Tweede Kamerleden Dik-Faber en Van Eijs op 13 november 2019.
“Inmiddels zijn er meer mensen van nut en noodzaak van industriële bouw doordrongen. Dit wordt ook onderschreven door de motie van Dik-Faber en Van Eijs in de Tweede Kamer”, aldus Marjet Rutten. “De productie stijgt weliswaar niet zo hard als eerder verwacht, maar toch worden er voor 2020 in totaal 11.750 woningen uit de fabriek verwacht.”

Minder dan gepland

Industriële bouw gaat volgens Rutten al lang niet meer om een paar pilots. In 2019 kwamen bijna 9.000 woningen uit de fabriek: dat is al 12,5% van de totale woningbouwproductie. “Het zijn er wel aanzienlijk minder dan partijen in hun orderportefeuille hadden.” Zo werden veel vergunningen vooruitgeschoven. Verschillende partijen doen daar hun beklag over. Het lijkt nog steeds heel moeilijk om planningen te halen. Ook de veranderende regelgeving speelt daarbij een rol. Ondanks het feit dat je met industriële bouw natuurlijk veel minder bewegingen van busjes naar de bouwplaats hebt, had ook de stikstof problematiek voor sommige gevolgen. En de coronacrisis zal dit jaar mogelijk ook voor vertragingen zorgen.
Rutten verwacht een verdere groei als de industriële woningbouwproductie extra gebruik gaat maken van tools als automatisering, digitalisering en robotisering: “In de fabrieken zie je naast een aantal koplopers dat met vergaande industriële processen werkt in de regel nog veel inzet van handmatige werkzaamheden. Er wordt door de buitenwacht wel eens van ‘de overdekte bouwplaats’ gesproken. Met extra investeringen in vervolmaking van die processen en vooral vergaand doorgevoerde digitalisering en file to factory ontstijg je het niveau van de bouwplaats. Ik hoor wel eens dat er twijfels zijn over de kwaliteit van industriële woningbouw. Ik ben ervan overtuigd dat het tegenovergestelde waar is: dat de kwaliteit van industriële woningbouwproductie beter is dan de kwaliteit die gemiddeld op de bouwplaats wordt gehaald. Omdat er bij industriële productie beter is nagedacht over ontwerp, engineering, productie en testen van de woningen. Voorts omdat producenten al lerende hun processen blijven verbeteren. Met de grote aantallen woningen die nu uit de fabriek komen, wordt het juiste imago van hoge industriële kwaliteit tegen scherpe prijzen snel bevestigd.”

Marjet Rutten: “Ik hoor wel eens dat er twijfels zijn over de kwaliteit van industriële woningbouw. Ik ben ervan overtuigd dat het tegenovergestelde waar is: dat de kwaliteit van industriële woningbouwproductie beter is dan de kwaliteit die gemiddeld op de bouwplaats wordt gehaald.”

Continuïteit nodig

Een belangrijke uitdaging voor de fabrieken – en ook een voorwaarde voor sommige van hen om verder te investeren – is meer continuïteit. Zo hoopt Volker Wessels in 2021 op te schalen. Zij willen de stap nemen van een tweede naar een derde productielijn, maar dat vereist wel continuïteit.
Wie ook uitbreidingsplannen hebben is Ursem. Zij willen in 2021 naar 2.000 woningen opschalen. De vraag daarvoor is er al, sterker nog hij heeft al opdrachten voor 2022. Het grote probleem bij hen is ook dat zij te maken hebben met steeds verschuivende procedures.
Voor Cubicco was 2019 een vervelend jaar. Een aandeelhoudersconflict leidde tot een faillissement. Maar niet (te lang) getreurd, een deel van de voormalig eigenaren realiseerde een nieuw, verbeterd concept en gaan verder onder de naam CC-Home. Ze zijn nog aan het opstarten, maar verwachten vanaf 2022 minimaal 300-400 woningen per jaar te realiseren. Verder publiceerde Houtwereld dat Megaplex een fabriek wil bouwen voor woningen uit CLT met een capaciteit van 1.200 stuks per jaar.

Startblock: complete woning op de trailer naar de eindbestemming.

Fabriek voor 25.000 woningen per jaar

En dan hebben we volgens Rutten natuurlijk nog de future-factory. Dit initiatief van onder meer Rc-panels, DD Producties en Factory Zero heeft ambities om 25.000(!) woningen per jaar te leveren. Dat gaat overigens nog wel een paar jaar duren. De fabriek richt zich ook op grootschalige renovaties met complete gevel- en dakelementen met daarin de installaties verwerkt. Met deze mega-fabriek verwachten ze een prijsdaling van meer dan 40 procent te realiseren.
Voor wat betreft 2020 ziet bouwer Dijkstra Draisma dat het aandeel van renovatie in de productie terugloopt. Zij zien een stijgende vraag in de hoogbouw nieuwbouw. In 2020 verwachten zij dat maar liefst 80 procent van de productie nieuwbouw hoogbouw is.

Buitenlandse interesse

“Ik merk ook dat er vanuit het buitenland steeds meer interesse is voor Nederland als afzetmarkt voor industriële woningen. Tien jaar terug deed ik daarvoor al onderzoek, maar toen lag dat nog lastig omdat die woningen veelal HSB (houtskeletbouw) betreffen en de Nederlandse markt daar nog niet klaar voor was. Inmiddels is dat anders en ik ben het afgelopen jaar een aantal keren benaderd door (grote) industriële bouwers die zich oriënteren op de Nederlandse markt”, aldus Rutten.

BouwTotaal