Rol van prefab in energietransitie

Artikel delen

Het zal geen nieuws meer zijn. In 2050 moeten onder meer zeven miljoen woningen en één miljoen gebouwen van het aardgas af. Als eerste stap moeten in 2030 de eerste 1,5 miljoen bestaande woningen verduurzaamd zijn. Deze grootschalige energietransitie vraagt een nieuwe aanpak van woningrenovatie. Met de komst van de BENG-eisen ligt ook het energieverbruik van nieuwbouw onder het vergrootglas. Welke rol kan prefab spelen bij de energieopgaven?

Foto: David Rozemeyer / J.P. van Eesteren.

Tekst: ing. Frank de Groot

Schoorvoetend zijn we in ons land begonnen aan een duurzame transformatie van de gebouwde omgeving: een aanpassing van ruim zeven miljoen woningen en één miljoen gebouwen. Daarnaast is er momenteel een woningtekort van circa 300.000 woningen (onderzoeksbureau ABF Research, februari 2021). Een enorme opgave dus voor zowel de bestaande als nieuwbouw, waarbij industrialisatie een grote rol gaat spelen.
Maar er speelt nog een factor: energiebesparing. Het kabinet heeft met het nationale Klimaatakkoord een centraal doel: het terugdringen van de uitstoot van broeikasgassen in Nederland in 2030 met 49 % ten opzichte van 1990. In 2050 moeten we zelfs klimaatneutraal zijn. Om de klimaatdoelen voor 2030 te halen, moeten we gestaag het tempo van de verduurzaming opvoeren tot meer dan 50.000 bestaande woningen dit jaar. En vóór 2030 moeten we al in een ritme van 200.000 per jaar zitten. Het doel is om in 2030 in de gebouwde omgeving 3,4 Mton minder CO2 uit te stoten dan in het referentiescenario. Om de vergaande ambities te halen is een verdere industrialisatie van het bouw- en renovatieproces noodzakelijk.

huis

Voorbeeld van prefab energiemodule die tegen de gevel is geplaatst.

Veel meer drijfveren

Er zijn veel drijfveren om verdergaand te prefabriceren in zowel bestaande bouw als nieuwbouw. Denk aan het toenemend tekort aan vakmensen. Enerzijds doordat veel vakmensen tijdens de crisisjaren zijn uitgestroomd, anderzijds door vergrijzing en het feit dat de bouw – onterecht – een slecht imago heeft bij veel jongeren. Industrieel bouwen maakt de bouw aantrekkelijker voor jongeren: denk aan de verdergaande automatisering en robotisering en het werken in geconditioneerde omstandigheden. Verder zijn de faalkosten in de bouw verder terug te dringen, doordat de kans op fouten met prefabricage sterk terugloopt. In geconditioneerde productielocaties worden met geavanceerde apparatuur prefab elementen gemaakt. De bouwplaats wordt daardoor steeds meer een assemblageplaats, in plaats van een plek waar in weer en wind talrijke bouwmaterialen en bouwproducten moeten worden samengevoegd. Prefabricage leidt verder nog eens tot veel kortere bouwtijden, dus lagere kosten. De kwaliteit van het werk neemt ook toe en het is veiliger, doordat veel werk in de fabriek plaatsvindt.

Energietransitie als versneller

Al jaren is het aandeel woningen dat industrieel wordt gebouwd groeiende. Waren het er in 2019 nog 8.920, in 2020 kwamen er 10.338 woningen uit de fabriek. Voor 2021 worden er 14.305 woningen uit de fabriek verwacht. Dit meldt Marjet Rutten, aanjager, innovator en marketeer voor de bouw-, installatie- en vastgoedsector, op 12 april 2021 op haar website (marjetrutten.nl). “Hiermee kunnen we stellen dat het industrieel bouwen mainstream wordt”, aldus Rutten.
Een belangrijke drijfveer achter de toenemende prefabricage is de energietransitie. Bij bestaande woningen kunnen gevels en daken in één dag worden vervangen door goed geïsoleerde en hoogwaardige prefab gevels en daken. Voor nieuwbouw zijn sinds 1 januari 2021 de BENG-eisen van kracht. Daardoor wordt de aandacht voor onder meer isolatie en luchtdichtheid nog belangrijker.
Bij prefab elementen is de kierdichting veel beter beheersbaar. Dat begint al in de fabriek bij de kierdichte aansluiting van kozijnen op de gevelconstructie. Daarnaast worden de prefab bouwelementen zelf rondom al fabrieksmatig voorzien van bijvoorbeeld droge schuimbanden. Deze afdichtingsbanden worden onder gunstige condities in de fabriek aangebracht en bieden de mogelijkheid om tijdens het monteren de bouwelementen direct luchtdicht af te dichten. Dit betekent een verandering voor de aannemer die voor veel details niet meer achteraf de traditionele ‘natte’ afdichtingsproducten, zoals purschuim, kit en coating, hoeft aan te brengen. Verder is de kwaliteit van de isolerende laag op een prefab elementen hoog, doordat ook deze fabrieksmatig wordt aangebracht. Uiteindelijk is de kans op warmteverliezen door kieren en koudebruggen bij prefabricage dus veel kleiner.

prefab muur

De luchtdichting en isolatie is bij prefab elementen beter te organiseren dan bij een traditioneel casco. De aansluitingen worden hier verzorgd door een zeer fijn semi-geslotencellig polyurethaanschuim (lila band). Deze band wordt aan de buitenzijde beschermd door zwarte band, die voorkomt dat er regen, wind, ongedierte en vuil binnen kan dringen. Dit schuimband is ook bestand tegen vogelvraat. Bovenop het element is butyltape aangebracht. Foto: Celdex.

Installaties

De toepassing van prefab installatiemodules wint ook aan populariteit. Hiermee zijn zowel bestaande als nieuwe woningen snel en efficiënt te voorzien van modules waarin alle benodigde installaties zijn voorzien. Denk aan de combinatie warmtepomptechnologie en ventilatie met warmteterugwinning. Diverse prefab bouwers werken samen met installatiebedrijven die installatiemodules hebben ontwikkeld, die kant-en-klaar in of aan een woning zijn te plaatsen.
Een voorbeeld zijn de modules van Factory Zero. De ‘integrated Climate Energy Module’ (iCEM) is een energiemodule die tegen de gevel van een bestaande woning wordt geplaatst, maar is ook bij nieuwbouw toepasbaar. De installaties zorgen voor een geconditioneerd binnenklimaat (ventilatie, verwarming en warm tapwater). Optioneel wordt de iCEM uitgebreid met (extern te plaatsen) pv-panelen, bijpassende omvormer en koelfunctie. Voor het bekende ‘MorgenWonen’ concept van VolkerWessels levert HOMIJ Duurzame Energie Concepten (HOMIJ-DEC) alle prefab technische installaties. Het vergt slechts één dag om de prefab woningen in elkaar te zetten en de installaties aan te leggen en in bedrijf te stellen. Het installatiesysteem bestaat uit drie grote bouwstenen: zonnepanelen, de verticale schacht voor leidingwerk en een luchtwaterwarmtepomp. Ook TECE Nederland biedt diverse prefab oplossingen voor zogenoemde geprefabriceerde technische skids (draagconstructies). Hierin kunnen allerlei technische installaties worden ingebouwd, zoals cv-ketel, boiler, warmtepomp, wtw-unit en systemen voor het af- en aanvoeren van water.

Woningfabrieken

Inmiddels ontdekken steeds meer bedrijven de voordelen van industrieel bouwen en het aantal ‘woningfabrieken’ neemt nu snel toe. Al in 2014 startte VolkerWessels met de bouw van een fabriek die comfortabele en duurzame woningen onder de naam ‘MorgenWonen’ aan de lopende band kon produceren. Door een continue bouwstroom van 440 woningen per jaar worden er anno 2021 iedere dag ergens in Nederland twee nieuwe Nul-op-de-Meter woningen van MorgenWonen geassembleerd.
De concurrentie liet een tijdje op zich wachten, maar najaar 2020 is Van Wijnen gestart met de bouw van een woningfabriek in Heerenveen. In 2022 wordt de fabriek operationeel en moeten er uiteindelijk jaarlijks 4.000 Fijn Wonen woningen de fabriek verlaten. Bouwbedrijf Plegt-Vos is in maart 2021 gestart met de bouw van een woningfabriek nabij Almelo. Het bedrijf uit Hengelo wil hier kant-en-klaar woningen gaan bouwen, maar ook delen van woningen. De ambitie is om in 2022 te starten met de productie van 30 woningen per week; dit wordt als alles naar wens verloopt later uitgebreid naar 7.500 woningen op jaarbasis. Verder zijn dit voorjaar Koopmans Bouwgroep en Sustainer Homes gestart met de bouw van een fabriek in Wehl (gemeente Doetinchem) die vanaf dit najaar jaarlijks honderden circulaire, houten woningen en appartementen kan produceren. In de fabriek worden straks kant-en-klare woningmodules geproduceerd van LVL-hout (Laminated Veneer Lumber) onder het label geWOONhout.