Wanneer is beton waterdicht?
Bewoners zijn op leeftijd gekomen en willen hun woning graag levensloopbestendiger maken. Dus wordt besloten de bestaande woning uit te bouwen om plaats te maken voor zowel een nieuwe badkamer als een nieuwe slaapkamer op de begane grond. Bij voorkeur moet alles gelijkvloers en rolstoel toegankelijk zijn. Dit was nog in de tijd dat er snel een aannemer gevonden kon worden. Dus meteen aan de slag. Fundering uitgraven, wapening stellen, leidingen aanleggen en betonstorten maar. Na ingebruikname blijken de vloer en de onderzijde van de wanden niet te willen drogen. Bouwvocht, badkamerlekkage, vloer te dun of optrekkend vocht? Discussies over en weer en dus maar een derde vragen wat er aan de hand kan zijn.
Tekst: Ing. Sjang den Ouden, Bureau voor Bouwpathologie BB
Problematiek
De bewoners zijn erg blij met de uitbouw en hebben deze na oplevering meteen helemaal definitief afgewerkt. Muren en plafond sausen en vloeren voorzien van laminaat en plinten. Na verloop van enkele maanden zien ze bobbels in het sauswerk, verkleuringen boven de vloerplinten op de muren en plaatselijk bladdert het sauswerk van de muur, ook net boven de plinten.
De aannemer wordt er bij geroepen en die stelt vast dat het vocht is. De aannemer vertelt de bewoners dat er sprake moet zijn van bouwvocht. Dit was nog niet de wanden uit, voordat deze werden afgewerkt. Bewoners hun eigen schuld, want vroeger hielden we daar rekening mee door een bouwbehangetje, maar tegenwoordig moet alles meteen definitief worden afgewerkt.
De bewoners zijn het daar niet meer eens. Tijdens de bouw had de bewoner gezien dat de betonvloer van de aanbouw slechts uit 10 centimeter dik gewapend beton bestond. Hij had ooit geleerd dat dat minimaal 20 centimeter moest zijn om waterdicht te zijn. Het moet optrekkend vocht zijn vanuit de grond, door het beton en dan in de wanden. Om te bewijzen dat het niet alleen bouwvocht is wordt een vochtmeter aangeschaft, wordt gemeten in de wanden en na enkele maanden opnieuw. Het lijkt wel natter geworden, waardoor bouwvocht het niet lijkt te zijn. De bewoner besluit de bouwpatholoog te vragen of hij het bij het rechte eind heeft: de betonvloer is te dun waardoor deze niet waterdicht is en problemen veroorzaakt.
Onderzoek
De aannemer wilde niet bij het onderzoek aanwezig zijn want het was overduidelijk niet zijn schuld. De bewoners hadden moeten wachten met definitieve afwerking totdat het bouwvocht eruit is. Voorafgaande aan het onderzoek wordt door de bewoners de bouwtekening toegestuurd. Hierop staat inderdaad een betonvloerdikte van 10 centimeter getekend. Op de betonvloer staat een dikke laag isolatie getekend, met daarop een zandcement dekvloer, totale dikte 20 centimeter. Ook worden een paar foto’s toegestuurd, gemaakt tijdens de bouw. Hierop staat de betonvloer tijdens het optrekken van de muren.
Tijdens het onderzoek ter plaatse wordt de schade aan de wanden getoond. De vloer heeft nog helemaal geen schade van vocht. Uit meting blijkt inderdaad dat de onderzijde van alle muren in de aanbouw verhoogd vochtig zijn, vooral ter plaatse van de schades en verkleuringen net boven de vloerplinten. De vloer zelf geeft geen verhoogde vochtigheid aan. In de badkamer is geen verhoging van de vochtigheid in de vloer te meten. Ook hoger op de wanden worden ‘droogwaarden’ gemeten en de tegels en voegen lijken allemaal tip top in orde.
Uit een korte proef met de watermeter en de afsluiters blijkt ook geen sprake van leidinglekkage. Omdat de vloer geen schade toont wordt besloten deze niet open te hakken of uit te boren. Besloten is aan de buitenzijde op een plaats te ontgraven en van buiten af, door de buitenmuur een opening te maken naar de vloerconstructie.
Bevindingen
Uit meting blijkt de bovenzijde van de bestrating en de tuin zelf hoger te zijn aangelegd dan de bovenzijde van de betonvloer van de aanbouw. Bij het ontgraven wordt dit ook duidelijk zichtbaar. Bij het maken van een opening in de buitenmuur blijkt geen waterkering te zijn aangebracht tussen de tuin en de binnenvloer.
Het isolatiemateriaal op de betonvloer van de aanbouw blijkt steenwol en deze is zeer vochtig tot nat. Ook de onderzijde van de buitenmuur is nat terwijl deze boven de vorstrand van de betonvloer staat. De vorstrand is veel dikker dan de vloer, wel 50 centimeter. Bij het plaatselijk beregenen van de gevel blijken de vochtigheidswaarden, aan de binnenzijde gemeten, na enkele minuten op te lopen in de onderzijde van de buitenmuur.
Als laatste wordt er nog over het hek gekeken bij de buren waar de buren een lekkere hoge border tegen de aanbouw hebben aangelegd. De bovenzijde van de border ligt ruim boven de bovenzijde van de tuin van de bewoners.
Ook al is beton met een dikte van 10 centimeter niet geheel vochtdicht, water keert het behoorlijk goed. Er is besloten geen monster meer van het beton te nemen omdat lekkage via andere wegen zeer gemakkelijk optreedt. Optrekkend vocht dat door de betonvloer heen in de onderzijde van de wanden komt, lijkt erg onwaarschijnlijk geworden.
Conclusie
Oorspronkelijk benaderd voor een discussie over de waterdichtheid van de betonvloer, blijkt het water gewoon over de betonvloer heen te lopen en daarna in de wanden die op deze betonvloer zijn geplaatst op te trekken. Zowel de eigen tuin ligt hoger dan de bovenzijde van de betonvloer, als ook de tuin van de buren. Door het dikke isolatiepakket op de vloer waarop een zandcement dekvloer ligt, is door de aannemer de betonvloer lager aangelegd. Hierdoor sloot de bovenzijde van de afgewerkte vloer op gelijke hoogte aan op de bestaande afgewerkte vloer in de woning. De aannemer had er echter niet aan gedacht dat water vanuit de tuin op deze manier door de buitenmuren in de vloer zou lopen, in de wanden optrekken en zo de schade veroorzaken.
Advies
Door de bewoners is gekozen de aanbouw te vervangen, inclusief een geïsoleerde betonvloer waarvan het peil circa 10 centimeter hoger ligt dan het aansluitende maaiveld, de tuin. Het lager aanleggen en langs de aanbouw draineren van de eigen tuin was misschien mogelijk. Maar de border en de tuin van de buren lager aanleggen en van een extra afvoer en grindkoffer voorzien bleek niet bespreekbaar. Injectie van de onderzijde van de gevels zou in dit geval onvoldoende zekerheid geven. De isolatie en binnenvloer uitnemen, de gevels tegen optrekkend vocht behandelen en een vochtdichte vloerafwerking terug aanbrengen leidde ook tot veel bezwaren als een mindere isolatiewaarden en hoogteverschillen in het peil.